Back to site

861 Jo van Gogh-Bonger to Vincent van Gogh. Paris, Saturday, 29 March 1890.

metadata
No. 861 (Brieven 1990 860, Complete Letters T30)
From: Jo van Gogh-Bonger
To: Vincent van Gogh
Date: Paris, Saturday, 29 March 1890

Source status
Original manuscript

Location
Amsterdam, Van Gogh Museum, inv. no. b757 V/1962

Date
Letter headed: ‘Parijs 29 Maart ’90’. Earlier that day Theo wrote letter 860; see Dateto that letter.

Ongoing topic
Entry for the 1890 Indépendants exhibition (854)

original text
 1r:1
Parijs 29 Maart ’90

Beste Vincent
Bij al de brieven van broers en zusters mag morgen de mijne niet ontbreken om je veel goeds toetewenschen1 en ik doe het maar tegelijkertijd uit naam van je petekind die het zelf nog niet goed doen kan. Hij bekijkt wel altijd met heel veel belangstelling de schilderijen van Oom Vincent – vooral de bloeiende boom die boven ons bed hangt2 boeit hem erg – en dan ook de Rembrandt,3 ofschoon ik er niet voor insta, dat het daar niet de gouden lijst is, die hem aantrekt. Hij groeit gelukkig goed – we verlangen om hem  1v:2 je eens te laten zien. Maar het is nog een heele kunst om vader en moeder te zijn – misschien is het omdat ik in dit ééne jaar zooveel dingen heb moeten leeren en ondervinden – want ik heb er andere menschen nooit zoo over hooren spreken – die kregen een kind en dan was alles in orde en ging ’t vanzelf – maar bij mij is ’t niet zoo. Wat me ’t meeste verbaasd is dat zoo’n klein kindje al zoo’n eigen persoonlijkheid heeft waarover je geheel machteloos staat. hij kan me soms aankijken of hij zeggen wil: wat doe je eigenlijk met me – ik  1v:3 weet de dingen veel beter dan jij – ’t zijn oogen van een groot mensch en dan nog met heel veel expressie – zou er een filosoof in hem steken?
Hij laat zijn moeder wel niet veel vrijen tijd maar met de opening van de Independants ben ik toch even ontsnapt om je schilderijen te zien hangen – er stond een bank juist voor en terwijl Theo met allerlei menschen sprak heb ik een kwartiertje lang genoten van de heerlijke koelte en frischheid van de sous bois4 – ’t is me of ik dat plekje ken en er dikwijls geweest ben – ik hou er zooveel van.
’t Is hier volop zomer – onbeschrijfelijk warm  1r:4 en ik denk met angst aan de warme dagen die nog komen moeten – ’t klinkt wel een beetje als heiligschennis – nu met dat eerste fijne teere groen aan de boomen maar ik houd toch meer van den winter.
Ik moet in haast mijn brief eindigen want Theo wacht er op. Met de beste wenschen

Je liefhebbende
Jo

translation
 1r:1
Paris 29 March ’90

Dear Vincent,
Among all the letters from brothers and sisters, mine wishing you the best may not be missing tomorrow,1 and I do it at the same time on behalf of your godchild, who can’t do it very well himself yet. He always looks with very great interest at Uncle Vincent’s paintings, though — in particular the tree in blossom that hangs over our bed2 really fascinates him — and the Rembrandt3 too, although I can’t swear that it isn’t the gold frame that attracts him. He’s thriving, fortunately — we’re longing  1v:2 to show him to you. But there’s still a whole art to being father and mother — perhaps it’s because I’ve had to learn and experience so many things in this one year — because I’ve never heard other people talk about it like this — they had a child and then everything was all right and happened of its own accord — but with me it’s not like that. What surprises me most is that such a tiny baby already has its own personality, in the face of which you’re utterly powerless. He can sometimes look at me as if he wants to say: what are you actually doing to me — I  1v:3 know much more about things than you do — they’re the eyes of a grown-up, and then with a great deal of expression — could he have the makings of a philosopher?
He doesn’t leave his mother much free time at all, but I did escape briefly for the opening of the Independents to see your paintings hanging — there was a bench just in front, and while Theo talked to all sorts of people I spent a quarter of an hour enjoying the wonderful coolness and freshness of the undergrowth4 — it’s as if I know that little spot and have often been there — I love it so much.
It’s like summer here — indescribably hot  1r:4 and I think with dread of the hot days still to come — it sounds a bit like sacrilege — with that first delicate tender green on the trees now, but after all I like the winter much better.
I must make haste to end my letter because Theo’s waiting for it. With best wishes

Your loving
Jo
notes
1. Van Gogh turned thirty-seven on 30 March.
2. This was probably Small pear tree in blossom (F 405 / JH 1394 ); see letter 721, n. 3.
3. It is not known which print by or after Rembrandt is referred to here. Several have been preserved in the estate.
4. Trees with ivy in the garden of the asylum (F 609 / JH 1693 ).