Back to site

794 Theo van Gogh to Vincent van Gogh. Paris, Sunday, 4 August 1889.

metadata
No. 794 (Brieven 1990 795, Complete Letters T14)
From: Theo van Gogh
To: Vincent van Gogh
Date: Paris, Sunday, 4 August 1889

Source status
Original manuscript

Location
Amsterdam, Van Gogh Museum, inv. no. b741 V/1962

Date
Letter headed: ‘Parijs 4 Augustus 1889’.

Ongoing topic
First attack in Saint-Rémy (793)

original text
 1r:1
Parijs 4 Augustus 1889.

Beste Vincent,
Het was mij zoo vreemd geen brief van je te ontvangen, dat ik telegrafeerde om te weten of je wel waart. Dr Peyron antwoordde mij per brief, dat je al sedert een dag of wat ziek zijt, maar dat het nu al weer wat beter is.1 Arme kerel, wat zou ik graag weten wat te doen, om die cauchemards op te doen houden. Toen je brief weg bleef verbeelde ik mij, ik weet niet waarom, dat je op reis waart hierheen en ons zou zijn komen verrassen. Mocht je eens denken dat het je goed kon doen om  1v:2 onder menschen te zijn, die graag hun best zouden willen doen om je wat opwekking te geven & die je graag bij zich zouden zien, denk dan om ons klein kamertje. Het is onlangs ingeweid door Jo haar moeder,2 dus is het bruikbaar gebleken. Ik hoop dat deze ongesteldheid niet anders was dan een naklank van de vorige crisis,3 maar als er iets bijzonders was waaraan je deze herhaling toeschrijf, zeg het mij dan in elk geval.
Is de dokter en het verdere personeel goed voor je? Wordt er nog onderscheid gemaakt, tusschen de verschillende zieken en hangt dit af van wat zij betalen. Als men ongerust is stelt men zich de dingen anders en erger voor dan ze zijn, schrijf mij daarom  1v:3 zoodra ge kunt en al zijn het maar een paar woorden. Ik maak mij niet meer ongerust dan noodig is, maar ik hoop dat je mij toch alles zult zeggen. Het gaat ons goed, ik voel mij veel beter dan een poos geleden & hoest in het geheel niet meer door de mediceinen van Rivet. In je laatste brief schreef je dat wij om meer dan een reden broers zijn.4 Ik gevoel dat ook en al is mijn hart niet zoo fijngevoelig als dat van jou, kan ik soms mij indenken in de benauwdheid die je gevoelt door zooveel gedachten die niet opgelost worden. Verlies den moed maar niet en denk dat ik je zoo noodig heb. Jo laat je hartelijk beterschap toewenschen. Ik hoop dat je gauw goede berichten zult kunnen geven.

à toi
Theo

translation
 1r:1
Paris 4 August 1889.

Dear Vincent,
I found it so strange to have received no letter from you that I telegraphed to find out if you were well. Dr Peyron answered me in a letter that you’ve been ill for a few days but that it’s already a little better.1 My poor fellow, how I wish I knew what to do to get these nightmares to stop. When your letter didn’t come I imagined, I don’t know why, that you were on your way here and would come and surprise us. Should you ever think that it might do you good to  1v:2 be among people who would like to do their best to cheer you up a little, and who would like to have you with them, then think of our little room. It was inaugurated not long ago by Jo’s mother,2 so it’s proved usable. I hope that this indisposition was nothing but an after-effect of the previous crisis,3 but if there was anything particular to which you ascribe this recurrence, at any rate tell me.
Are the doctor and the other staff good to you? Is a distinction made between the various patients, and does this depend on what they pay? When one’s concerned one imagines things to be different and worse than they are, so write to me  1v:3 as soon as you can, and even if it’s only a few words. I’m not getting more concerned than necessary, but all the same I hope you’ll tell me everything. We are well; I feel much better than a while ago and am not coughing at all any more because of Rivet’s medicine. In your last letter you wrote that we are brothers for more than one reason.4 I feel that too, and even if my heart isn’t as sensitive as yours, I can sometimes imagine the distress that you feel because of so many thoughts that aren’t resolved. Don’t lose heart, and remember that I need you so much. Jo sends her best wishes for your recovery. I hope that you’ll soon be able to send good reports.

Yours,
Theo
notes
1. This letter from Peyron to Theo is not known.
On 3 August Peyron had sent Theo a telegram about Vincent, which Jo van Gogh-Bonger wrote about to her sister Mien on 9 August 1889: ‘Bad news from Vincent. On Saturday at 6 o’clock we got a telegram from the doctor – Vincent ill, letter follows. We worried all day Sunday, but fortunately a letter arrived around 4 o’clock; he’s having another crisis and tried to poison himself with his brush and paints. After that letter, nothing – you can imagine how upset Theo is – he’s coughing again and looks worse than he did before – tomorrow he has to see Rivet again’ (FR b4292).
On a previous occasion Van Gogh supposedly tried to drink turpentine (see letter 752, n. 1); later on, paint will again prove a threat to Van Gogh’s health (see letter 835, n. 1 and letter 838).
2. Hermine Bonger-Weissman.
3. Regarding Van Gogh’s previous attacks, see letter 750, n. 4.
4. Van Gogh wrote this in letter 790.