1*Verleden Zondag heb ik de twee groote schilderijen van Rubens voor ’t eerst gezien 2en omdat ik die van ’t museum herhaaldelijk en op mijn gemak had bekeken/ waren 3'deze – la descente de croix & l’élévation de croix – er te interessanter om_–1 4l’élévation de la croix heeft een eigenaardigheid die mij direkt in ’t oog viel en 5dat is – er is geen vrouwenfiguur op_– Tenzij op de zijvleugels der triptiek.2 6Gevolgelijk is ’t er niet beter op_– Laat ik U zeggen dat ik met la descente de 7croix dweep. Niet echter ter wille van diepte van gevoel als men bij een Rembrandt 8of in een schij van Delacroix of in een teekening van Millet zou vinden_–
9Niets navreert me minder dan Rubens wat betreft uitdrukking van menschelijke smart. 10Laat ik beginnen met te zeggen/ om duidelijker te maken wat ik bedoel – dat zelfs zijn 11mooiste/ schreijende Magdalena koppen of Mater dolorosas me altijd 12doen denken eenvoudig aan de tranen van een mooie meid 13die b.v. een sjanker zou hebben opgeloopen of dergelijke petite misère 14de la vie humaine3 – 14aals zoodanig zijn ze meesterlijk doch iets anders zoeke men er niet in. 14Rubens is verbazend in de schildering van 15alledaagsche/ mooie vrouwen_ Maar in de expressie is hij niet dramatisch_ 16Vergelijk hem bij b.v. de kop van Rembrandt in de coll. Lacaze4 – bij 17de mannenfiguur in de Jodenbruid5 – ge zult begrijpen wat ik 18bedoel – dat b.v. zijn stuk of 8 geboursoufleerde figuren van 19kerels die een tour de force verrigten met een zwaar houten kruis 20in l’elevation de la croix/ mij absurd voorkomt zoodra ik me plaats 21op een standpunt van moderne analyse van menschelijke hartstogten 22& gevoelens_– Dat Rubens in zijn expressies vooral van de mannen 23(uitgezonderd altijd de eigentlijk gezegde portretten)a oppervlakkig/ hol/ geboursouffleerd is/ ja 24ten eenemale conventioneel & niets als – Jules Romain & nog 25erger lui der decadence.6
26Maar toch/ ik dweep er mede omdat hij ’t juist is, Rubens, die 27een stemming van vroolijkheid/ van sereniteit/ van smart zoekt 28uit te drukken en werkelijk daarstelt/ al zijn zijn figuren soms 29hol enz_ – door de combinatie der kleuren.
30Zoo in l’elevation de la croix zelfs – de blanke vlek – het lijk 31hoog opgevoerd van licht – is dramatisch in haar verband van 32tegenstelling met de rest/ die zoo laag is gezet.
33’t Zelfde/ maar m.i. verreweg mooier/ is de charme van la descente 34de croix/ waar de blanke vlek gerepeteerd wordt door de 35blonde haren/ blank gelaat & hals der vrouwenfiguren/ terwijl 36de sombere entourage verbazend rijk is door die diverse laaggezette, 37en door den toon tot elkaar gebragte massas rood/ donker 38groen/ zwart/ graauw/ violet.
39En Delacroix heeft op nieuw getracht de lui te doen gelooven in 40de symfonies der kleuren_–7 En men zou zeggen tevergeefs/ 41als men nagaat hoe zeer haast iedereen verstaat door 42goed van kleur: de juistheid der lokale kleur/ de kleingeestige 43preciesheid_– Die noch Rembrandt/ noch Millet/ noch Delacroix/ 44noch wie men ook wil/ zelfs Manet niet of Courbet/ hebben 45gesteld tot hun doel/ evenmin als Rubens of Veronese_–
46Ik heb ook nog verscheiden andere schijen Rubens &c_ gezien in diverse kerken_8 47En het is erg interessant Rubens te bestudeeren/ juist omdat hij in zijn techniek 48zoo bij uitstek eenvoudig is/ of liever schijnt. Het met zoo weinig doet/ 49en met zoo vlugge hand en zonder eenige aarzeling schildert – en vooral ook teekent. Maar portretten 50'en – vrouwenkoppen of -figuren/ dat is zijn fort. Daar is hij diep en intiem in 51ook. En wat zijn zijn schilderijen frisch gebleven juist door den eenvoud der techniek_
52Wat zal ik U nu verder zeggen. Dat ik hoe langer hoe meer trek krijg om 53zonder me te haasten/ d.i. zenuwachtig te haasten – heel kalm en bedaard al mijn 54figuurstudies nog eens van meet af over te gaan doen. Ik wou ’t zoover brengen 55in kennis van ’t naakt & de structuur van ’t figuur/ dat ik uit ’t hoofd kan werken_ 56Ik wou nog een tijd/ ’t zij bij Verlat ’t zij op een ander atelier gaan 57werken/ overigens bovendien voor me zelf zooveel mogelijk naar model 58schilderen. Ik heb op ’t moment 5 schilderijen/ 2 portretten/ 2 landschappen/ 591 stilleven/ bij Verlat op zijn schilderklasse in de akademie gedeponeerd.9 Ik 60was er daareven weer doch ik heb hem telkens niet daar gevonden_ 61Maar ik zal U wel spoedig melden kunnen hoe dat zal afloopen. en ik hoop 62wel gedaan te krijgen dat ik den heelen dag aan de akademie naar ’t model 63mag schilderen/ wat ’t mij makkelijker zou maken/ daar de modellen 64zoo geducht duur zijn dat ik ’t niet houden kan.
65En ik moet er iets op vinden om in dat opzigt hulp te krijgen_
66In alle geval/ ik denk wel dat ik een poos in Antwerpen zelf 67zal blijven in plaats van naar buiten terug te gaan. het zou zoo veel beter zijn dan het uit te stellen. en 68er is zooveel meer kans om hier lui te vinden die er zich welligt voor 69interesseeren zullen. Ik voel dat ik wat durf en wat kan/ en 70het heeft al veel te lang getraîneerd_
71Gij wordt er boos om wanneer ik aanmerking maak/ of liever/ trekt 72U er niets van aan/ en al de rest die we kennen/ en toch/ 73ik geloof dat er een tijd zal komen dat ge ’t zelf zult moeten 74erkennen dat gij te slap geweest zijt om door te drijven dat 75ik mijn crediet bij de lui wat terug kreeg. Maar enfin wij staan 76niet voor ’t verleden maar voor de toekomst. En nog eens – ik geloof 77dat de tijd het U aan ’t verstand zal brengen dat wij/ indien er meer 78hartelijkheid en warmte tusschen ons geweest was/ zamen een eigen 79zaak op touw hadden gehad_10
80Al waart ge bij G&C gebleven. Gij spreekt n.b. tot mij van dat gij wel 81weet gij stront voor dank krijgt – maar weet ge zoo heel erg zeker dat 82dit iets meer is dan een misverstand zoo als waar Pa zelf aan laboreerde_ 83Ik zal daar althans ’t hoofd niet bij neerleggen/ wees daar 84gerust op. Want er is te veel nog te doen zelfs tegenwoordig_–
85Ik zag dezer dagen voor ’t eerst een fragment van het nieuwe 86boek van Zola/ “l’oeuvre”/ dat zooals ge weet verschijnt als feuilleton van le Gil Blas_11 87Ik houd het er voor dat deze roman als hij wat doordringt in de 88artistenwereld wel goed zal doen. Het fragment dat ik las vond ik zeer 89echt.
90Ik wil desnoods toegeven dat bij ’t werken absoluut naar de natuur er 91nog iets anders noodig is – de gemakkelijkheid van composeeren – de 92kennis van ’t figuur – maar après tout – ik geloof niet dat ik voor 93absoluut niets jaren lang me moeite heb gegeven. Ik voel een 94zekere kracht in me omdat ik/ waar ik ook komen zal/ altijd een doel 95zal hebben/ het schilderen van de menschen zoo als ik ze zie en ken_
96Of ’t impressionisme zijn laatste woord reeds heeft gezegd – om de 97uitdrukking impressionisme te houden – Ik verbeeld me altijd dat er 98juist in figuur nog veel nieuwen kunnen opstaan/ en 99hoe langer hoe wenschelijker begin ik het te vinden men in een moeielijken tijd 100als tegenwoordig juist zijn heil zoeke in het dieper ingrijpen in de hooge kunst_ 101Want er is hooger en lager betrekkelijk – de menschen zijn meer dan de rest 102en trouwens ook heel wat moeielijker te maken.
103Ik zal mijn best doen om hier kennissen te maken en ik heb gedacht 104dat als ik eens een tijd b.v. bij Verlat werkte/ ik beter georienteerd zou zijn 105om te weten wat er hier omgaat en wat er te doen is en hoe men 106er in kan komen.–
107Laat mij dus maar scharrelen en geef den moed in vredesnaam niet 108op of verslap niet. Ik geloof niet dat ge billijkerwijs van me kunt 109vergen ik ter wille van mogelijk een 50 frs per maand minder/ 110'naar buiten terug ga/ als de heele reeks van volgende jaren zoo zeer 111in verband staat tot de relaties die ik in stad/ hetzij hier in Antwerpen ’t zij 112later te Parijs/ moet aanknoopen.
113En ik wou ik U kon doen begrijpen hoezeer ’t te voorzien is er 114veel zal veranderen in den handel. En gevolgelijk er veel nieuwe kansen zijn 115tevens/ als men met wat oorspronkelijks kon voor den dag komen.12 116Maar dat dat dan ook noodig is/ wil men 117tot iets nuttig zijn. Het is geen fout van mij of geen misdaad 118als ik U zeg/ dit of dat moeten we meer kracht achterzetten/ 119en als we ’t zelf niet hebben/ moeten we vrienden en nieuwe relaties 120vinden. Ik moet wat meer verdienen of wat meer vrienden 121hebben – liefst beiden_– Dat is de manier om er te komen 122maar het is in de laatste tijden te bar geweest voor me.
123Wat deze maand betreft/ zeer bepaald moet ik er op aandringen dat 124ge althans me nog 50 frs ziet te zenden.
125Tegenwoordig vermager ik er op/ en bovendien mijn kleeren 126worden te slecht &c. Gij weet toch zelf wel dat het zoo niet 127deugt. Toch heb ik een zeker vertrouwen dat we er door 128kunnen komen_
129Maar gij spraakt er van dat als ik ziek werd we nog meer van 130streek waren – ik hoop het zoover niet komen zal maar 131ik wou wel ’t een beetje beter hebben/ juist ter wille van dat 132te voorkomen.
133Enfin – als men denkt hoeveel lui er maar altijd door bestaan zonder van zorg zich 134zelfs een begrip ooit van hun leven te maken – en die maar altijd 135denken dat alles zich wel ten beste schikken zal_– Als of men 136niet creveerde – en er geen vergingen_–
137Ik heb er hoe langer hoe meer tegen dat gij U zelf voorstelt financier te 138wezen en b.v. van mij glad het tegenovergestelde denkt_–
139Alle menschen zijn niet eender en als men er niet toe komt om te 140begrijpen dat vooral bij rekenen de tijd over de rekening heen moet zijn 141gegaan eer men zich zeker kan achten juist gerekend te hebben/ als men 142daar niet toe komt is men geen rekenaar. En een breedere opvatting 143van het finantieele is juist wat veel moderne financiers kenmerkt. 144Namelijk niet uitmergelen maar vrijheid van actie geven_– 145Ik weet Theo/ hoe gij zelf misschien er betrekkelijk in kunt zitten_ 146Maar gij hebt het nooit van uw leven zoo bar gehad als ik 10 of 12 jaar 147achtereen_– Kunt gij het nu in mij niet billijken dat ik zeg/ het is nu 148misschien lang genoeg geweest/ ik heb in dien tijd iets geleerd wat ik vroeger niet 149kon/ daardoor zijn al de kansen vernieuwd en kom ik er tegen op/ 150tegen altijd achteruitgezet te worden. En indien het nu mijn zin eens 151ware om hier een tijd weer in de stadszaken te zijn/ dan misschien 152ook nog eens op een atelier te Parijs te gaan/ zult gij dat zoeken te verhinderen_13 153Wees eerlijk genoeg om mij door te laten gaan want ik zeg U/ 154ik zoek geen twist en ik wil geen twist maar ik laat mij 155mijn carrière niet afsluiten. En wat kan ik buiten doen/ 156tenzij ik er kom met geld voor modellen en verf_– 157Buiten is er geen kans/ absoluut niet/ om met mijn werk geld te maken 158en in stad bestaat die kans_ Ik ben dus niet veilig voor 159ik me vrienden in stad heb gemaakt en dat is ’t meest 160aan de orde_– Dat moge nu voor ’t moment ietwat 161dingen moeielijker maken maar het is toch de weg/ en nu 162teruggaan naar buiten zou op stagnatie uitdraaien.
163Enfin – gegroet – het boek van de Goncourt is mooi_–