1*Het is reeds laat maar ik wil niet wachten U 2de goede ontvangst te melden van Uw brief met frs 150.=
3Voor ik het vergeet – laat me beginnen U te antwoorden op 4Uw vraag van onlangs betreffende ’t Schij van Frank of Franken 5in St André_–1 Dat ik heden gezien heb.– Ik vind het een 6goed schilderij – vooral mooi van sentiment – van 7sentiment is het niet erg Vlaamsch of Rubensachtig_ 8Men denkt eer aan Murillo_ De kleur is warm/ 9in een ros gamma zooals Jordaens soms is_ 10De schaduwen in het vleesch zijn zeer krachtig/ 11dat heeft Rubens niet en Jordaens dikwijls wel 12en daardoor is er iets mysterieus in ’t schij dat 13men wel apprecieeren mag in die school.
14Ik kon er niet digt genoeg bij komen om zeer van 15nabij de techniek na te gaan/ wat wel de moeite waard 16geweest ware_– De Christuskop is minder conventioneel 17dan de Vlaamsche schilders die meestal opvatten_ 18Ik verbeeld me echter dat ik ’t ook zoo kan 19en iets nieuws vertelde ’t schij me niet.
20En daar ik over wat ik nu kan niet content ben 21en vooruit zoek te werken – genoeg – en naar 22andere schilderijen. Wat me in die kerk frappeerde 23was een schets van v_ Dyck? of Rubens? – een descente 24de croix die hoog hing maar me mooi voorkwam/ 25veel sentiment in ’t bleeke lijk_–2 Dit ter loops_–
26Er is een geschilderd venster dat ik superbe vind – 27zeer/ zeer curieus_3 Een strand/ een groene zee 28met een kasteel op de rotsen/ een tintelend blaauwe 29lucht van de prachtigste toonen van blaauw/ 30groenachtig/ witachtig/ dieper/ hooger van toon_ 31Een enorme driemaster/ grillig en fantastisch/ 32silhouetteert zich tegen de lucht/ overal breking/ 33licht in ’t donker/ donker in ’t licht.
34In ’t blaauw een figuur van de H_ maagd/ hooggeel/ 35wit/ oranje_ Hoogerop is ’t venster weer 36'donkergroen met zwart/ met gloeiend rood_– 37Enfin – herinnert ge U dat_– het is zeer mooi en 38Leys ware er secuur op verliefd geworden/ of James 39Tissot in zijn oude manier/ of Thijs Maris_–
40Ik zag eenige schilderijen aangekocht voor Musee Moderne/ 41Verhas en Farasyn_– Verhas/ dames die op ezels rijden en 42visschersjongens aan ’t strand_4 Farasyn/ een groot 43geval van de oude Antwerpsche Vischmarkt_5
44Ook een Emile Wauters – Cairo of zoo/ een marktplaats_6 45De Verhas doet er goed/ is een knap schilderij/ in alle 46geval gedurfd van kleuren in licht gamma/ 47verscheiden mooie combinaties/ o.a. een figuur in oranje 48tegen licht blaauw/ licht groen & wit.
49Ik werk steeds aan mijn portretten7 – en ik heb er 50eindelijk twee die bepaald “lijken”/ een profil8 en een 3/4_9 Dat is niet 51alles/ dat is niet eens ’t voornaamste_– Toch is ’t me 52wel de moeite waard daar naar te zoeken. en leert men 53er misschien nog al teekenen door_– Ik begin hoe 54langer hoe meer overigens van portretten te houden_–
55Daar hebt ge nu sommige erg beroemde Rubens – Vierge au 56Perroquet/10 Xt à la paille11 &c_ ik voor mij loop ze voorbij 57om liever te kijken naar dat brutale mansportret12 – 58met zoo fameus vaste hand geschilderd – nog schetsachtig 59'hier & daar – dat niet ver van de Saskia van Rembrandt hangt_13 60In een descente de croix van v_ Dyck/ die in de hoogte/ 61de groote – is ook een portret/ bepaald portret – niet van 62een kop alleen maar goddank van een heel figuur_14 63Superbe – in geel & lilasachtig – een vrouw/ voorovergebogen/ 64die schreit_ De tors/ de beenen onder de kleeren 65goed intiem doorgevoerd & gevoeld_– Wat is dat hooge 66kunst als de kunst eenvoudig waar is.
67En een Ingres/ een David/ die als schilders waarachtig 68niet altijd mooi schilderen/ wat worden zelfs zij fameus 69interessant als zij hun pedanterie ter zijde stellende 70zich vergeten in – waar te zijn – in ’t weergeven 71van een karakter – als in de twee koppen in ’t musée 72moderne.15 Enfin.
73Ah als men die modellen kon krijgen die men wilde!!!
74Vertel mij nu eens – op den voorgrond stellende 75dat gij financier wilt zijn – en ik heb daar niets 76'op tegen/ zelfs is dat juist wat ik heel goed vind – 77zijt gij dan volkomen content met uw eigen 78redeneering die ge bij ’t begin van ’t jaar me tot 79mijn teleurstelling zegt: ik heb heel veel te betalen 80en gij moet maar zien dat ge rondkomt tot ’t eind 81van de maand_–
82Hoor eens/ dit heb ik er tegen te zeggen en 83denk er eens over na of ik al dan niet gelijk 84heb/ althans dat er grond in mijn redeneering is: 85Ben ik minder dan Uw creanciers?
86wie moet er wachten/zij of ik??? als er 87één van beiden moet wachten/ wat onder de 88menschelijke dingen hoort_–
89Een creancier is geen vriend/ 90dat is zeker en ik/ indien ge ’t niet zeker weet/ ben 91’t althans misschien_– En weet gij wel goed hoe zwaar 92de lasten zijn voor mij die ’t werk iederen dag eischt/ 93hoe moeielijk de modellen te krijgen/ hoe duur de 94dingen voor ’t schilderen noodig_– Weet ge wel dat 95het soms letterlijk als ’t ware onmogelijk voor me 96te houden is_– En dat ik moet schilderen/ 97dat er te veel van afhangt onmiddelijk en zonder 98aarzelen/ met aplomb hier door te werken. 99Een paar zwakheden zouden me kunnen doen vallen 100op een manier waar ik in lang niet boven op kom_ 101Mijn toestand is benard van alle kanten en is 102slechts te winnen door vastheid van doorwerken_ 103De verfrekening drukt me zwaar als lood en 104toch moet ik vooruit!!!
105Ik moet ook lui laten wachten – die toch 106hun geld krijgen zullen – maar – wachten/ 107daar heb ik er een paar toe veroordeeld. 108En zonder genade/ tenzij ze me crediet geven_ 109En hoe minder crediet/ hoe meer ze zullen achterstaan_ 110Het is niet te winnen tegenwoordig dan met 111heel goed werk/ met dat wat niet mediocre is_ 112Dat hoogere kost duurder aan geld en – 113aan moeite en zware inspanning – toch is dat 114de weg/ nu meer dan ooit_–
115Hetgeen ik U zeg is helder en klaar_– Begrijpt 116ge of begrijpt ge niet dat het volkomen 117goed en regt gezien is wanneer ik U er op wijs 118dat ik in de absolute noodzakelijkheid ben 119om/ wil ik hier werk vinden voor portretten/ mijn atelier vol 120te hebben met – heel goede koppen_–
121Dat is te bereiken/ het is iets waar men een 122eind aan kan zien/ al is ’t betrekkelijk niet 123makkelijk ze klaar te krijgen_–
128Dit zullen we zeggen – en s.v.p. zamen 129zeggen. Wij zullen er persoonlijk arm 130voor zijn en gebrek lijden – zoolang ’t moet 131– zóó als men doet in een belegerde 132stad die men NIET van zins is over te geven/ 133maar wij zullen toonen dat we 134iemand zijn_–16
135Of men is dapper – of men is laf_ 136We moeten ’t zoover brengen dat wij het ’t publiek 137prettig maken – ik bedoel b.v./ de meiden moeten 138trek krijgen in hun portretten_– Dat er zijn 139die ze zouden willen/ ik geloof het_– Ik sprak heden 140een bediende van een photograaf er over of hij me 141geen portretten bezorgen kon. Deze wou een commissie 142van me voor iedere meid die hij bij me zou brengen voor 143een portret_– Ik heb die zaak laten traineeren/ 144in zoover echter alleen dat ik geen commissie beloofd heb 145voor en aleer ik mijn individu wat beter ken. Maar ik 146zal hem denkelijk zeer binnenkort terug zien.
147En dan zal ik zien of ik direkt met hem iets kan doen 148of wel dat ik met zijn patroon eens direkt er over ga spreken_ 149Maar soms is de bediende beter/ zult ge begrijpen/ dat 150is al naar mate_– Ik zeide hem nu dat ik hem niet 151kende en dat ik wel wou zien of hij iets doen kon 152maar dat ik er bij riskeerde omdat ik altijd mijn onkosten 153moet maken voor een portret. Enfin ik zal daar 154verder op doorgaan – maar wat presseert – het is 155dat ik mooie koppen kunne laten kijken.
156Ik moet ook onder de meiden kennissen zoeken 157te krijgen/ wat met een beurs waar weinig in is geen 158prettige karwei is/ dat kan ik U verzekeren/ 159men is dan lang niet voor zijn pleizier uit_ 160Maar het is niet de moeite waar ik tegenop zie_– 161Alleen/ ik geloof dat gij het U al te zeer/ al te 162zeer hebt aangewend het maar heel goed te vinden 163dat ik altijd achteruit gezet blijf/ dat gij 164al te zeer vergeet dat al sedert zoo veel jaren 165ik niet heb wat me toekomt.
166En dat de begeerte die ik heb om mijn zaken uit te 167breiden niet alleen voor mij goed is maar ook voor U 168omdat slechts langs dien weg we kunnen verdienen.
169En nu nog iets. Theoretisch althans zegt gij dat het 170noodig is dat men goed gekleed en al wat daar verder 171bij hoort/ voor den dag moet kunnen komen 172bij zekere gelegenheden/ als men lui moet gaan opzoeken 173enz.– Welnu de tijd is er nu zelfs volgens mij/ 174die daar geen haast mee maak – zoo 175'als ge weet – dat dit er op aan begint te komen_
178Welnu, gegeven die periode van te moeten 179doorbreken is het maandgeld te weinig dan 180dat ik met mogelijkheid het er van doen kan.– 181Gij zijt zelf zuinig/ gij kunt nagaan wat absoluut 182behoeften zijn_ En ik vraag het U/kan 183men het absoluut noodige doen van wat met 184mogelijkheid mij voor mij zelf resteert na aftrek 185van schilderbehoeften/ model/ kamerhuur.– 186Indien ik vrienden had/ wat bekend ware/ 187ja dan/ dan gaat het makkelijker – maar 188die heb ik niet en die moet ik me maken 189juist.–
190Maar laat ik niet vergeten U te bedanken voor de zending 191van tweede deel de Goncourt_–17 Het is een heerlijk ding 192die tijd te kunnen nagaan – waar zooveel uit te 193leeren is voor/ om de uitdrukking te gebruiken/ 194notre fin du siècle waar we in zijn.–
195Ik kan U niet zeggen hoezeer ik in mijn schik blijf naar 196Antwerpen te zijn gegaan. En hoeveel er is wat voor mij 197die er zoolang uit ben geweest er op te merken valt.
198Hoe goed het mij doet – al houd ik nog zoo veel van de 199boeren en buiten – de stad eens weer te zien.
200Hoe het bijeenbrengen van uitersten me nieuwe 201idees geeft – uitersten/ het geheel buiten en de drukte 202van hier. Ik had het hard noodig.
203Ah als ik ’t U aan ’t verstand kon brengen 204hoe veel meer satisfactie voor U zelf ge 205zoudt kunnen hebben/ hoe veel meer ge 206vriend voor me zoudt zijn – als in plaats 207van het steile en onhartelijke achteruitzetten 208en me op een afstand houden – denk aan 209van den zomer en vorige zomers! – er 210eindelijk eens een overtuiging bij U mogt 211komen dat het niet zóó de manier is_ 212Altijd te zijn in een verbannen 213toestand/ altijd tusschen hangen en wurgen/ 214altijd halve maatregelen.
215Maar enfin – de familie vreemder dan 216vreemd – is één daadzaak – Holland achter den 217rug 2_– DAT LUCHT WEL EENS OP_ 218ziedaar mijn eenig gevoel en 219toch ben ik zóó gehecht geweest dat de vervreemding 220me eerst als ’t ware gek maakte.
221Maar ik heb te goed in de kaarten gekeken dan 222dat ik aarzel_– En ik heb mijn zelfvertrouwen 223en sereniteit terug_–
224’t Geheim van die partij – Delarocheachtigheid/ 225mediocreteit_
228Wat U betreft – gij zijt nog zwevende tusschen 229de twee partijen. en ik heb altijd gezegd dat 230Uw karakter zich nog in een beslisten vorm te 231zetten heeft – dat U nog en gemoedsstrijd en 232misschien strijd in ’t maatschappelijke om Uw positie 233wacht/ serieuser dan ge ooit hebt doorgemaakt_
234Ik weet dat U dit onbarmhartig jegens t’huis 235voorkomt_– En toch zeg ik U 236dat Pa zelf het soms vaag gevoeld heeft dat hij zich 237van partij vergist had.– Maar hij zocht onvereenigbare 238dingen tegelijk te behartigen en – – – was niet 239zoo vast van karakter als hij scheen en als ik dacht 240in mijn jongensjaren/ en nog later zelfs/ dat hij 241was.– Enfin_–
242Wat de expositie Tassaert18 betreft – Als er ooit een verongelijkt is/ 243was hij het wel_– Om nu bij deze gelegenheid er nog een 244te noemen – ik wacht niet tot de exposities om mijn opinie 245te hebben over schilders – Chaplin zal men ook moeten 246erkennen.–
247Wat de kleur van Tassaert betreft/ hij is harmonist en zijn 248'werk/ in één toon geschilderd betrekkelijk/ is mooi 249door ’t modelé/ door het fijn gevoel dat hij had van 250de vrouwelijke vormen/ door iets gepassioneerds in 251de expressies – en ik vind hem van de familie 252van de Greuzes en Prudhons – beter/ moderner/ 253degelijker in zijn sentiment dan Greuze.19
255En ik vind wel dat ’t een beetje jammer is van Tassaert 256dat hij die zoo mooi vet schilderde/ niet wat meer 257gloed en leven soms in de kleur zocht.
258Maar zeker is hij beter dan Scheffer & Delaroche en 259Dubuffe en Gerome, die zoo weinig schilder zijn. 260Wat is het gloeiend jammer van een kerel als 261Gerome/ die le prisonnier maakte en die 262le camp russe maakte en le berger 263Syrien/20 dat er zoo veel kouds en steriels in hem 264zit. Isabey zal men ook erkennen/ Ziem 265ook. die twee zijn erg schilder en dat is het 266waar après tout ’t bij ’t schilderen op aan komt.
267Zij hebben me van thuis geschreven met Nieuwejaar & ik heb ook een 268briefkaart gestuurd. Maar schrijven zou toch niet gaan terwijl 269bovendien ik geloof dat onwillekeurig uit routine zij overal 270alles vertellen dus – ik schreef – tot ziens – ik zie hen 271in ’t voorjaar toch denkelijk langer of korter.
273Wat het coloriet is in een schilderij/ dat is toch 274het enthousiasme in ’t leven en dus – het is 275geen kleine zaak het te zoeken te behouden.
276Terwille van de modellen zal ik denk ik Verlat/ die 277directeur is van de academie hier/21 eens gaan opzoeken 278deze maand – en ik zal zien hoe de reglementen zijn 279en in hoeverre men er naar naakt model zou kunnen 280werken – ik zal een portret dan meenemen en teekeningen.
2r:8 281Ik heb een verbazende begeerte om mij in kennis van 282het naakt te versterken. Ik heb gezien een groote 283bronzen groep van Lambeau – twee figuren – 284een man die eene vrouw omhelst – Superbe/ 285iets als b.v. Paul Dubois of enfin de lui van den 286eersten rang_ Het is aangekocht voor ’t museum.22 287Ik benijd de beeldhouwers dikwijls_– Maar 288het is overal een beetje ’t zelfde/ ik moet wat meer 289verdienen om te kunnen uitbreiden.
290Ik wil U ook nog wel eens zeggen dat gegeven die 291'begeerte voor figuurstudie ik – bij aldien het hier 292me niet lukte – misschien eer nog verder zou 293doordringen dan teruggaan naar Holland 294vóór en aleer ik eens een poosje op een 295atelier geweest ben. En dus dat verdere – 296mogelijk Parijs zou wezen/ zonder aarzelen_23 297Gij kunt Uw opinie hebben over dat ik een 298onmogelijk karakter ben maar – dat is absoluut 299Uw zaak_– Daar hoef ik b.v. me niet aan te storen en zal ik me niet aan storen_ 300Ik weet dat bij tijden ge beter en anders denkt 301maar ik weet dat de routine er U toe brengt 302om altijd weer in dat zelfde euvel te vervallen 303ten mijnen opzigte_– Hetgeen ik zoek is 304zóó regt uit dat gij zult moeten eindigen 305het toe te geven. Laat ons dus ten 306slotte zeggen – hoe eer hoe beter_
310Wat het eind van de maand 311betreft – ik verzoek U ten allervriendelijkst 312maar absoluut – laat althans voor frs 50 313een Uwer creanciers gebrek lijden (die 314kunnen er wel tegen/ wees gerust) maar s.v.p. 315niet mij want OOK DAN is het voor mij nog 316bar.–