1*Hartelijk dank voor het biljet van frs 50 2en uw schrijven. Dat ik Dinsdag a.s.1 vertrek zult 3ge U kunnen begrijpen als ge nagaat vooreerst dat ik 4er zeer naar verlang – tweedens dat ik hier met mijn 5werk gevaar heb vast te raken door gebrek aan model/ 6terwijl door de kou ’t buiten werken is opgehouden.
7Wat betreft dat zeker ik het gemis aan een werkplaats 8te Antwerpen voelen zal/ ja dat is zoo_ Maar 9ik moet kiezen tusschen een werkplaats zonder 10werk hier en werk zonder werkplaats ginder_ 11’t Laatste heb ik genomen. En met opgewektheid 12die zelfs zóó groot is dat het in mijn gevoel 13een retour d’exil is_– Immers het 14heeft lang geduurd ik geheel uit de schilderwereld 15uit was. En in dien tusschentijd zijn mijn 16krachten wat gerijpt zoo dat ik meer onafhankelijk 17me voel van de gewone intrigues om iemand 18er uit te knikkeren. Ik bedoel dat te s’Hage 19ik met het penseel/ ik zeg niet met mijn teekenen/ 20zwakker was dan de rest en door ’t op ’t schilderen 21en kleur te gooien ik ligter te overdonderen 22was dan nu mogelijk blijken zal.
23Wat Rubens betreft/ ik verlang er erg naar. 24maar – hebt gij er op tegen Rubens
1v:2 25wat opvatting/ wat sentiment van zijn religieuse 26'onderwerpen betreft theatraal/ slecht theatraal zelfs 27dikwijls te vinden_– Ziehier – neem 28Rembrandt – Michelange – neem de 29Penseroso van Michel Ange.2 Stelt voor een 30denker nietwaar_ Maar – zijn voeten zijn 31klein en vlug maar zijn hand heeft iets 32van ’t bliksemsnelle van een leeuwenklaauw 33en – die denker is tevens de man van 34actie/ men ziet dat zijn denken is een 35zich concentreeren/ maar – om op te 36'springen en op de een of andere wijze 37te ageeren_ Rembrandt doet het anders/ 38zijn Christus in de Emmausgangers is vooral een – 39'ziel in een ligchaam dat niet zóó is als een tors van Michel Ange altans/ maar toch – het gebaar 40van overreding/ er is iets puissants in3 41dat – zet er nu een Rubens 42naast/ een van de vele figuren van 43meditatieve personen – en zij worden 44'lui die om redenen van digestiebevordering 45zich in een hoek geretireerd hebben.
46Zoo met alles/ in ’t religieuse of philosophische/ hij is er plat en hol in/ maar wat hij kan is – 47vrouwen – als Boucher en 48beter – daar geeft hij nog ’t meest
1v:3 49juist mede te denken en is er ’t diepst in. 50Wat hij kan – kleurcombinaties – 51wat hij kan is – een koningin/ een staatsman maken/ 52goed geanaliseerd/ zóó als ze zijn_
53Maar het bovennatuurlijke – dat waar magie 54begint/ neen – tenzij 55een zeker iets oneindigs leggen in 56een vrouwenexpressie die echter niet dramatisch is_4
57Ik vond een passage over Gainsborough die alweer 58mij animeert tot in eens werken – ziehier5
59C’est cette brusquerie de touche qui donne tant d’effet. La 60spontanéité de son impression y est tout entière et se 61communique au spectateur_ Gainsborough avait d’ailleurs 62une methode parfaite pour assurer l’ensemble de ses 63compositions. Il ébauchait tout d’un trait son tableau 64et le poussait harmonieusement du haut en bas, sans 65isoler son attention sur de petits fragments, sans 66s’obstiner aux détails, car il cherchait l’effet général 67et il le trouvait presque toujours, grâce à 68cette large vue sur la toile, qu’il regardait 69comme on regarde la nature, d’un 70seul coup d’oeil.
71Daar ik niet weet waar ik zal logeeren 72zou ik U willen verzoeken als gij 1 December 73schrijft den brief te adresseeren Poste 74restante/ tenzij ik U nog berigte_ 75Want ik zal dezer dagen nog wel eens schrijven_
76Ik vond in een revue het inliggend sonnet 77van Jules Breton_6
78Nog eens, wat mijn betrekkelijk plotseling vertrek 79van hier aangaat/ ik zou indien ik geen 80stoornis met de modellen gehad had/ nog 81den winter hier hebben doorgebragt_ 82Maar het doorzetten van hier met 83model te werken stuit in de bevinding 84niet zoozeer op de tegenwerking van 85den pastoor/7 die door direkt absoluut negeeren van mijn 86kant geneutraliseerd was als die op zich 87zelf stond/ maar het miserabele is dat/ 88al durf ik er tegen in/ de menschen aarzelen 89en meer schrik hebben dan ik verwacht had_ 90En ik onderneem het niet of ik moet er 91op kunnen rekenen dat zij durven. 92Ga ik nu een paar maanden weg/ dat kan 93helpen en helpt het niet dan verdient er 94ook geen een van degeenen die ik verl. winter 95alle weken wat er voor gaf dezen winter iets 96'aan. Gegroet_