1r:1
1Waarde Theo,
1*Dank voor Uw brief van gisteren en voor het
2ingeslotene. Gelukkig is ook het andere biljet
3gewisseld geworden tegen f_ 23_1
4Ik heb de meest verontrustende dingen zoodoende
5kunnen dempen/ ofschoon niet alles want er
6moest veel af voor verf direkt/ die ik intusschen
7had gehad.
8Zeer verlangend ben ik te weten of gij weer
9zoo van plan zijt te doen als verl. jaar/
10eerst een paar dagen naar t’huis en dan direkt
11naar hier.2
12Laat ons afspreken ge t’huis maar niet praat
13over bezwaren in de toekomst of weinig kans
14tot plaatsing van het werk.3 Althans
15niet direkt/ laat ons eerst eens zamen praten
16en kijken wat er nog is.
17Theo ik verlang vreesselijk om de aardappel-
18wroeters te schilderen.4 Ik geloof dat het goed
19zou doen. En zelfs al werd het niet verkocht/
20het zou toch ons helpen om te vorderen/
21daar sommige personen soms veranderen als
22ze eens iets gezien hebben dat ze niet verwachten_
23Nu/ ik heb een paar studies er voor reeds gemaakt
24maar ik heb er nog niet genoeg model voor
25kunnen nemen en ik zie kans ze nu direkt
26nog veel beter te maken als ik maar eens een
27beetje bij kas mogt blijven.
28Het is nu net de tijd en daarom van vacantie
29nemen kan betrekkelijk niets inkomen want
30zoo goed en zoo kwaad als ik vorderen kan blijf ik
31aan den gang. Toch/ Uw idee van doen zooals
32Weissenbruch is ook het mijne/ maar letterlijk
33kan ik het niet uitvoeren omdat 14 dagen naar
34de polders gaan me meer zou kosten dan 14 dagen
35t’huis blijven en ik al niet weet hoe ik t’huis de eerste
3614 dagen door zal scharrelen.5
 1v:2
37Maar anders/ zoo als ik U met een woord schreef reeds/
38ik zit toch veel in ’t groen te kijken en maak
39landschapstudies of marinestudies om eens afleiding te
40hebben van ’t figuur en bevind me daar goed bij.6
41Maar het figuur roept me eigentlijk weer en
42wel zoo sterk dat ik tracht te doen wat de omstandigheden
43maar eenigzins toelaten.
44Als ik grif kon doorzetten zoo zoude de herfst
45niet passeeren zonder dat de bewuste aardappel-
46wroeters tot stand kwam.
47Ik weet niet in hoever de studies die ik schilder
48met de teekeningen voldoende zullen zijn in
49de gegevenen maar quand bien meme zal ik zien
50er iets van te maken.
51Model is niet heel makkelijk te krijgen tegenwoordig omdat er
52veel werk op ’t veld is en ik wou dat ik er wat meer
53aan geven kon want dan was het te overkomen.
54Enfin ik zal – nu is ’t me nog absoluut onmogelijk –
55maar zoodra ik het er met mogelijkheid kan afnemen/
56eens een paar kerels een heelen dag zien te
57krijgen buiten in ’t duin/ voor de aardappelwroeters.
58Dat zou de korte en bondige weg zijn en
59ik zal er mijn best op doen.
60Ik hoop in de dagen die verloopen zullen
61tusschen nu en uw komst nog een en ander
62te schilderen_
63Ik voel me nog niet in orde maar gelukkig
64animeert het werk mij zoo dat als ik bezig ben ik
65de zwakte zoo zeer niet voel/ maar wel blijft
66'het me in de tusschenpoozingen/ als ik niet voor
67de natuur zit/ overvallen. Een soort duizeling
68soms en hoofdpijn ook bij tijden/ enfin
69het is wat verzwakking. Ik heb het al uitgesteld
70en uitgesteld om me wat te versterken/ daar er
71dingen waren die voorgingen en dat heeft wat
72te lang geduurd.
 1v:3
73Maar gij zult U wel kunnen begrijpen dat
74het werk er nog al op aan komt en juist omdat ik
75er al veel aan gedaan heb zou ik er niet af kunnen_
76Gij zult het wel zien als gij komt/ dat het zaak is
77wij ferm doorzetten.
79Ge zegt het wel teregt/ dat wat ik U schreef over de
80finantieele zaken zorg geeft/ maar er staat tegenover
81dat wij er niet verre van af kunnen zijn
82’t een of ander te maken dat/ al is het tegen betrekkelijk
83weinig/ verkocht kan worden. Het werk wordt
84mij veel klaarder.
85En als ik er over denk is het een kwestie van
86bespoedigen of vertragen alleen en dat wij later
87zelfs inhalen zullen/ zelfs het verleden/
88maar het is een weergaasch doornigen/ moeielijken/
89zorgvollen tijd waar we in zijn met dat al.
90Als het me mogelijk was genoeg te krijgen om
91geheel en al voldoende verf en model te hebben
92dit saizoen/ zoo zou er wel wat opklaren en
93veel ook geloof ik.
94Enfin in elk geval is het erg best dat gij spoedig
95komt_
96Een heel zware zorg is mij dezer dagen grootendeels
97van de schouders gevallen. Verl. jaar beproefde ik
98herhaaldelijk figuurstudies te schilderen_7 nu/
99ze werden toen zóó dat ik er desperaat over
100was. Ik heb het nu weer begonnen en
101ik heb nu niet iets wat me direkt hindert in de
102uitvoering meer/ omdat ik veel gemakkelijker
103teeken dan verl. jaar. Toen raakte ik telkens in
104de war als ik mijn geteekende schets onder ’t schilderen
105kwijt raakte. en moest er lang op zitten om die schets
106te maken/ zoo dat/ als ik ’t model maar kort hebben kon/
107er absoluut niets van teregt kwam.
108Maar ik heb er nu de grootst mogelijke maling
109aan als de teekening uitwisscht en maak ze  1r:4
110alleen direkt met ’t penseel/ en den vorm
111komt er toch genoeg in om van de studie
112nut te hebben_ Daarom zeg ik dat
113ik nu mijn weg klaarder zie/ ik weet wel dat ik
114veel studies zal noodig hebben doch die zullen mij
115niet moeielijker vallen dan ze te teekenen.
116en daarom dit jaar veel schilderen en we zullen wel
117licht krijgen_ Dat hoop ik vast en zeker.
118Zoo voor den winter heb ik het plan soortgelijke
119studies van koppen als ik U geteekenden een paar
120van stuurde/8 te schilderen. Ik zou dat zelfs direkt
121doen als het niet zaak was de figuurtjes
122op ’t land na te loopen terwijl ’t saizoen er is_
123V.d. Weele is nu op reis gedurende de vacantie – ik hoorde
124hij heeft de zilveren medaille te Amsterdam voor zijn Schij van
125de zandopladers.9 Als hij terug komt in stad hoop ik wel
126'nog veel aan hem te hebben omdat ik geloof dat die aardappel-
127wroeters in zijn geest zullen vallen en hij me bij het uitvoeren
128van mijn plan er mee nog nuttige dingen zal kunnen zeggen_
129En Rappard ook als hij terug komt_
130De twee eerste figuren die ik nu dit jaar schilderde
131deed ik nog net als ik verl. jaar probeerde – eerst teekenen en dan den contour
132invullen.10 Dat is wat ik de drooge manier zou willen noemen_
133De andere manier is dat men eigentlijk de teekening ’t laatst
134doet en te werk gaat door eerst de toonen te zoeken zonder
135er zich veel over te bekommeren/ over de teekening/ alleen
136trachtende de toonen in eens ten naastenbij op hun plaats
137te zetten en langzamerhand den vorm te preciseeren en
138de onderverdeeling der kleurtjes. Dan krijgt men
139meer dat het figuur als door de lucht omgeven er op komt/
140en komt er iets zachters in_ Terwijl de kleuren fijner
141worden juist omdat men er dikwijls over heen gaat en
142de eene kleur door de andere veegt. Ge zult/ als de twee
143eersten die ik nu maakte in hun tegenwoordigen toestand blijven/
144’t verschil wel zien. Er is een tentoonstelling
145van teekeningen, die verl. jaar in de Gothische zaal was,
146maar ik vind het nog al bijzonder dun dit maal en
147weinig er bij dat men van dezelfden niet reeds gezien had/
148en meestal beter.11 Er zijn een paar teekeningen van J_ v_ Berg12
149die ik al mee van de besten vind van wat er is_
150Meestal is het zoo dat Schipperus13 en zulken al van de
151besten zijn.
 2r:5
152Betreffende het maken van die aardappelwroeters/
153ik heb gedeeltelijk de wording gezien van het groote Schij
154van v_ d. Weele nu pas/ en bij Rappard al de studies
155voor de schilderijen die hij maakte verl. jaar. Zoo dat
156wat er zou komen kijken voor het definitieve schilderij
157ik wel zoo wat me vooruit kan voorstellen.
158Als het me eenigzins mogelijk is zal ik
159nog vóór dat ge komt eens in het
160duin een paar studies maken er voor. n_l. met
161model naar die velden achter Loosduinen gaan/
162s’morgens vroeg of s’avonds tegen de schemering_
163Ik geloof dat het iets zou kunnen worden.
164De compositie van de teekening zou nog wel wat aan
165veranderd worden en vooral het effekt meer bestudeerd_
166toch zou ik het ongeveer zòò houden.
167Ik geloof dat de figuren krachtig zouden moeten
168worden en al de rest in een lila achtig grijs
169waas_ In de teekening vind ik de verdeeling van donkere
170vlakken en lichtere niet eenvoudig genoeg/ de figuren
171gedeeltelijk licht en gedeeltelijk donker zijnde en de
172grond eveneens. Of de grond en de figuren moeten
173meer tot elkaar gebragt worden en een donker silhouet
174tegen een lichte lucht vormen – of lucht en
175grond moeten meer een grijs dampig geheel vormen waartegen
176de tooniger vlakken der figuren uitkomen.
177Die beide effekten bestaan doch dat van de teekening is
178niet goed zoo als ’t nu is want het is te droog en te mager.
179en omdat
180de figuren met den grond te veel toonen gemeen hebben
181komen ze er niet af en de lucht hoort er niet bij.
182Enfin de toon moet gansch anders worden maar de
183compositie kan betrekkelijk blijven.
184Het is me een zekere rust te denken dat we elkaar
185eens spoedig zien zullen en eens zamen kijken
186hoe we ’t werk zullen voortzetten.
187Voorloopig zal ik zien er nog wat bij te
188maken en met het oog daarop zou ik
189erg graag het geld van den tienden een paar
190dagen vroeger hebben als het kon_ Dan zou
191ik nog voor gij komt willen trachten die  2v:6
192studies in het duin te maken. Het kan er nu
193nog niet af daar ik zooveel heb moeten betalen_
194Gij weet wat gij schreeft betreffende de mogelijkheid eener
195teleurstelling met de percenten van de zaak.14 Wel/
196ik hoop die catastrophe geen plaats zal hebben doch
197we moeten het beschouwen als zijnde een
198meevaller als het dan goed uitkomt en van den
199tijd dien we nog hebben geen snipper laten verloren
200gaan_ Er is dan geloof ik kans tegen dien tijd het
201werk zoo ver te krijgen dat er wat mee te doen is maar
202het zal er op aan komen door te sabelen_
203Het zou mij zeer verwonderen als ten langen
204laatsten sommigen niet begonnen terug te komen
205van gedachten dat ik iets absurds bedoelde of deed_
206Gij zult wel zien wat ik bedoel in de studies en/ denk
207ik/ U sommige onzer vroegere gesprekken over kunst
208wel herinneren_ Wij moeten het hart maar trachten
209opgeruimd te houden en goed doorzetten_ Wat mij
210dezer dagen een zekere mate van goeden moed geeft is dat
211ofschoon ik in verscheiden maanden niet schilderde/ ik
212geloof dat er toch vooruitgang is in de geschilderde studies van
213verl. jaar en nu. ’t Geen komt omdat dingen van ’t teekenen
214en proportie meten die mij toen veel moeite kostten/ nu
215'betrekkelijk wegvallen en ik dus voor de
216natuur zittende/ in plaats van als ’t ware om twee dingen te
217gelijk te denken te hebben/ teekenen en schilderen/ alleen aan
218het schilderen hoef te denken_ Bij ’t opvoeren komt men
219wel weer in beiden te gelijk maar ook dat is anders.
220Nu/ ik zal dezer dagen leven op hoop van Uw komst.
221Als ik wat voorspoed mag hebben met het schilderen dan worden
222misschien de tijden wat makkelijker_
223De 14 dagen tusschen nu en dat ge komt zullen echter
224niet heel makkelijk zijn om door te komen_ Als het kan
225denk dan aan wat ik U vroeg van zoo mogelijk
226een paar dagen voor den tienden zelfs nog wat te
227ontvangen want dan zou ik zien die figuurstudies
228in ’t duin nog te maken vóór gij komt. à dieu en
229nogmaals dank voor Uw brief & voorspoed in alle opzigten
230U toegewenscht. en geloof me

230*t. à t.
231Vincent


66 de < te
126 omdat < om dat
215 voor de < voor
top