1r:1
1Waarde Theo,
2Uw brief & het ingeslotene was zeer welkom als altijd_– En als altijd
3wel bedankt er voor – en zoozeer begrijpende ge zelf heel
4wat te zorgen hebt waardeer ik het te meer_
5Hetgeen ge schrijft betreffende Uw patient is betrekkelijk geen
6nieuws & betrekkelijk wel_– Dat ge er over naar huis
7geschreven hebt/ of schrijven zult liever/ is iets wat U zelf rust zal geven en regt
8is. Natuurlijkerwijs heb ik nooit ’t minst over de zaak
9gerept en kunt ge er van verzekerd zijn ik ook niet t’huis
10of elders zal laten merken ik er reeds vroeger iets van
11wist of meer intieme details ken. En/ dunkt me/
12doen als hoorde ik er zoo dezer dagen voor ’t eerst van,
13in ’t oppervlakkige. Doch ’t zal ook niet
14voorkomen iemand me er over spreekt.
15Wees dus hieromtrent gerust_
16Nu/ ik hoop van harte dat alles zoo van stapel zal
17loopen als ge beraamd hebt tegen October & ben blij
18’t zoo ver is, van harte blij/ en voor U en voor haar_
19Ik vind het zoo best – vooral juist omdat ik
20details ken – als men zóó elkaar ontmoet dan moet
21men niet meer van elkaar gaan.1
22En hoop ik van harte het er van komen zal ge dezen
23zomer met haar eens naar Holland komt.
24Wie weet of niet juist nu sommige dingen
25met betrekking tot de vrouw voor mij ook zich
26zouden kunnen ophelderen.
27En dus is de Salon geopend_2 Ge zult dezer
28dagen de heeren H.G.T_ en C.M. wel
29weer over hebben. ’t Is nu al haast een
30'jaar geleden dat ik met hem onaangenaamheden had (n.l. met HGT)_3
31Ik zal hem niet weer in den weg komen/
32dat heeft hij wel gezien ook dunkt mij en
33kan hij verzekerd zijn ik aan het gebeurde
34haast niet meer denk. Mij dunkt/ mogt H.G.T_
35U soms een woord over mij spreken/ coupeer het plus
36minus in dezer voege: Is V.4 U sedert in
37den weg geloopen of U tot last geweest – daar hij dit
38niet geweest is/ maak gij het hem ook niet moeielijk.  1v:2
39Het is mij min of meer onpleizierig dat ik om reden
40van die moeielijkheid met H_G.T_ het huis G.&C_ steeds
41uit discretie moet mijden.
43Gij weet wat H.G.T. b.v. toen in
44der tijd aan Pa over mij schreef – welnu die opinie
45van dat ik het onmogelijk gemaakt had dat hij iets verder
46met mij te doen zou hebben heeft hij tot heden niet
47teruggenomen_– ’t Spreekt van zelf dat zoolang hij
48die opinie van mij heeft ik mijn voeten in de zaak op
49de Plaats niet zetten zal_
50Niet omdat ik bang ben H.G.T_ te ontmoeten evenwel/
51niet omdat ik mij voor hem verbergen wil of iets dergelijks/
52maar omdat ik hem geen aanstoot wil geven_
53Wil iemand niets met me te doen hebben/ welnu ik zal zelf mee
54helpen en de enkele gelegenheden
55waar men soms elkaar ongezocht tegen ’t lijf zou loopen/ trachten
56te vermijden. Overigens zoodanige opinie niet tegenspreken_
57van uit een zeker standpunt gezien heeft H.G.T_
58geen ongelijk – evenwel de zaken zouden van
59een anderen kant kunnen bezien worden_
60Men zou ’t anders hebben kunnen opgevat hebben dan
61ZEd_ toen deed_– Maar dat moet hij zelf
62weten.– Waarom ik er met een woord even over
63schrijf is dat/ gesteld hij sprak er U over/ gij hem
64kunt zeggen dat ik aan ’t gebeurde niet meer denk
65anders dan dat ik om te vermijden wat hij indiscreet
66zou kunnen vinden (ten overstaan van zijn over mij duidelijk
67uitgesproken opinie) mij van het komen in de zaak op
68de Plaats onthoud en onthouden zal zoolang
69hij die opinie van me behoudt zóó als hij ze uitte tegenover
70Pa.
71Van mijn kant heb ik mij toen over ZEd_ uitgelaten
72tegenover U – maar overigens zoover ik weet ook niet tegenover
73'anderen – geinfluenceerd door diverse omstandigheden
74'die voor mij zeer onaangenaam waren (ongenoegen met Mauve5 &c_)_ Dat mijn oordeel over
75hem daardoor ook niet juist was geef ik gaarne toe en
76op conditie dat H.G.T. terugneemt wat hij over
77'mij schreef aan Pa (dat ik het onmogelijk gemaakt had hij iets verder met me te doen zou hebben)
77'neem ik terug mijn opinie dat
78H.G.T. schuld had aan onaangename dingen die me
79overkwamen. Indien ik me duidelijk genoeg uitdruk
80vindt ge in deze beschouwing mogelijk iets dat
81tot meer vrede of elkaar beter verstaan mogt kunnen
82leiden, ’t geen me verre van onverschillig zoude wezen.
 1v:3
83Als ik reken van af Mei l.l. Theo/ dan is ’t jaar
84voor mij niet precies makkelijk of zonder zorg geweest/
85he_– Maar dat’s niets/ gemak of
86zonder zorgen wezen is ook mijn ideaal & bedoeling
87niet_– Toch – er is heel wat komen kijken_
88Hetgeen gij stuurt vind ik niet weinig doch veel
89maar ofschoon het veel was – meer zelfs dan
90gij zelf eigentlijk missen kondt – om voort te
91gaan en te vorderen met het werk en met het
92huishouden is een heksenwerk voor de vrouw en voor
93mij_– Nu is ’t soms voor mij erg naar als er zulke
94scheeve verhoudingen zijn dat ik b.v. juist zulke
95personen moet vermijden als men soms juist in verband
96tot ’t werk/ direkt of indirekt/ mee in aanraking zou dienen
97te komen. En wou ik ’t uit de wereld was.
98Enfin – betrekkelijk heb ik ’t overgegeven_
99Op dit moment heb ik verschillend werk onder handen
100dat ik dien door te voeren – en werkelijk/ ik ben
101wat gegeneerd. Ge schrijft over Rappard – ’t is
102zoo lam hij niet gekomen is toen hij schreef te zullen
103komen – als ik hem vraag me wat voor te schieten
104geloof ik bepaald hij dit me niet zal weigeren_6
105Want hij zelf heeft het me geproponeerd dezen winter/7
106toen werd hij echter ziek en konden we niet correspon-
107deeren over de zaak waar ’t geld voor zou bestemd zijn/
108n_l. lithographies en teekeningen die daarmee in
109rapport stonden. Toen schreef zijn vader nog
110“mijn zoon is ziek doch ik weet er van/ als gij soms
111in verlegenheid zijt zal ik U het bewuste voorschieten”.
112Dat vond ik zóó fijn van R. vader dat ik het grof
113van me zelf zou gevonden hebben indien ik
114toen het direkt hadde genomen_ En schreef dus “neen/
115laat Uw zoon eerst beter zijn”_ Nu werd
116R. beter maar ik hoorde daaromtrent niets direkts
117meer en was hij geabsorbeerd in ander werk_
118En zoo is dat nog steeds hangende en
119is er telkens iets dat in den weg komt van die zaak
120door te zetten. Maar ik van mijn kant ging er
121wel mede door/ n.l. teekenen met drukinkt/ lith_ krijt
122enz. en heb nog al kosten gehad ook. Daar is hij
123niet in ’t minst aansprakelijk voor maar ik wil maar
124zeggen/ reden te meer hij me niet zal weigeren/ denk ik/
125mij voor te schieten.
 1r:4
126Ik zal ’t hem dus verzoeken – doch ben een brief van
127hem wachtende & vóór ik de zaak beschreven & antwoord
128heb/ verstrijkt ligt een tijd want hij is slof in correspondentie
129soms. Toen ’t geld van U kwam van morgen was ik
130zonder geld – d.i. absoluut zonder een cent
131geweest ± een week. Ik was bovendien uitgeput in
132teekengerij_– Ik was in besprek met Smulders
133over eene partij teekenpapier & heb dat gehaald ofschoon
134die uitgaaf nu niet convenieerde – maar ik moest het hebben
135met andere materialen als b.v. de drukinkt van de graveurs en
136lith_ krijt. En moest verscheiden dingen betalen en inslaan
137voor ’t huishouden. En moest modellen betalen die
138ik intusschen toch gehad had om door te blijven werken.
139Het spijt me verschrikkelijk dat ik het
140dien te vragen maar als ge eenigzins kunt/ stuur
141mij nog b.v. 10 francs_ Er hangt een week werk
142van af want ik zal van Rappard niet direkt antwoord
143hebben kunnen, ben reeds à court en heb afspraak met
144modellen. Als Rappard me dan zendt is er ook weer
145een tijd dat alles geregeld zal gaan tot er eens weer ruimte
146komen kan. Kunt ge het zenden zoo loopt
147deze week werk grif van stapel en anders is er
148onaangename averij. Maar neem het me niet
149'kwalijk/ er was een combinatie van kosten (en allen onvermijdelijken)
150die ik niet precies kon schipperen. En hebt ge
151het niet – enfin – we zullen er niet van sterven
152daarom. De moeielijkheden in kleine zaken over
153kleine sommen zijn soms ook waarachtig hoofdbrekend
154en dit is zulk een geval. Ik hoop dat R. me
155wat mogt kunnen helpen want heb
156er behoefte aan/ net als het veld naara
157een regenbui als ’t lang droog geweest is.
158Nu/ nogmaals wensch ik U allen voorspoed toe
159met betrekking tot uw patient_ het weer is hier
160bij tijden heerlijk/ ’t zal bij U te lande ook zeker mooi
161zijn & zal haar goed doen. adieu.

162t. à. t.
163Vincent


30 (n.l. met HGT) < Added later; parentheses added by us.
73 anderen – < anderen
74 (ongenoegen [...] &c.). < Added later; parentheses added by us.
77 hebben) < hebben
149 (en allen onvermijdelijken) < Added later; parentheses added by us.
top