Back to site

329 To Anthon van Rappard. The Hague, Thursday, 15 or Friday, 16 March 1883.

metadata
No. 329 (Brieven 1990 330, Complete Letters R31)
From: Vincent van Gogh
To: Anthon van Rappard
Date: The Hague, Thursday, 15 or Friday, 16 March 1883

Source status
Original manuscript

Location
Amsterdam, Van Gogh Museum, inv. no. b8363 V/2006 (sheet 1), private collection (sheet 2)

Date
The letter must have been written in the week after Van Gogh’s visit to Van der Weele, which took place on 11 March; see ‘last Sunday’ (l. 2) and letter 327. Moreover, Van Gogh assumes that Van Rappard is also having ‘winter weather’ again (l. 59) in Utrecht. After temperatures rose briefly above zero on the 13th and 14th, the cold returned on the 15th and 16th; it was warmer again on the 17th and 18th (KNMI). We therefore date this letter to Thursday, 15 or Friday, 16 March 1883.

Ongoing topics
Van Gogh’s purchase of 21 volumes of The Graphic (302)
Van Gogh is working with natural chalk (322)

Sketch

  1. Snowy yard (F 1023 / JH 343), enclosed sketch (Geneva, Collection Jan Krugier & Cie). See exhib. cat. Munich 2007, pp. 284-285, cat. no. 134.

original text
 1r:1
Amice Rappard,
Verl. Zondag was ik bij van der Weele. Zag daar een schij van hem dat ik verreweg ’t mooiste vind wat ik van hem ken. ’t Stelde voor eenige zandkarren aan den kant van een kanaal of gracht. In den mist.–1 ’t Had zoowel als motief als betreffende opvatting en executie misschien zekere rapporten met het werk van Mauve. In zoover ’t in een zelfden geest was gedaan maar met genoeg personaliteit toch om ten eenemaale oorspronkelijk te zijn en eigenaardig. Het was van afmeting nog al groot. Ik schrijf U dit om er op te wijzen v.d. W. mijns inziens een van de rising men is.– En ik wou wel gij hem persoonlijk kendet;– nu is er in de houtsneden juist een aanleiding tot kennismaking dunkt mij. ’t Zij dat gij – vroeger of later – zelf hem de bewuste bladen brengt (de Herkomer bedoel ik en wat ge mogelijk er bij vindt) ’t zij dat als ze hem door mijn intermediair geworden, ik U noemen mag als den gever en hem zeggen gij van zijn werk reeds een & ander zaagt en gaarne kennis met hem zoudt maken. of zoo iets. Enfin ik bedoel maar dat op de een of andere wijs in contact met hem komende ik meen gij in hem iemand vinden zoudt met wien ge in contact zoudt blijven & waarschijnlijk bepaald vrienden worden.–
Heden zond ik aan U af eene rol houtsneden. ’t zijn de double page engravings uit Graphic. Ik heb er nog meer echter, sommigen echter niet geschikt om te rollen welligt, daar ze opgezet en gerepareerd zijn van scheuren, en minder importantes. Maar dit zijn die bladen welke ik meen gij zeker nog niet hebt vooreerst, en tevens allen  1v:2 zoodanigen dat als gij ze wel hadt ik ze aan v.d. W. zou geven.
En gij eens verifieeren kunt of gij ze al dan niet hebt en hebt ge ze, ze retourneeren.
De overigen kunt ge later wel uitzoeken maar daar we bij Uw eventueele komst toch onzen tijd noodig hebben ook voor andere dingen, is het dunkt me goed wij de meest importante houtsneden op deze wijs na kijken. Dan is dat ten minste afgedaan.
Zoodra ik den tijd heb zal ik ook de kleinere voorloopig schiften en U datgene zenden tot nadere verifieering of ge ’t al dan niet hebt wat ik meen ge mankeeren mogt.
Voorloopig voeg ik van kleinere slechts 2 Lançons er bij die me, daar ’t Fransche zijn, soms later als ik de Graphics schift in ’t vergeetboek mogten raken en toch U aangenaam zullen zijn zonder twijfel, als ge ze ten minste niet reeds hebt. Is Board School van Hol niet superbe?2 en Ploughing van Small3& Claxton printing?4
Zeker hebt gij te Utrecht ook wederom winterweer.
Zie hiernevens een krabbeltje uit het raam.5 Ik vind het altijd enorm gezellig in de schemering bij een vuur te zitten en te kijken uit het raam op een besneeuwd landschap.
Het bewuste bergkrijt heb ik hier in stad ook nog gevonden, het is een artikel dat mij tot heden zoo goed als onbekend was, nu echter merk ik het niet zoo zeldzaam is – en welligt kent en hebt gij het reeds. Indien niet, mij dunkt het is een eigenaardig middel om mee te teekenen. adieu kerel, een handdruk in gedachten.– Schrijf eens spoedig en geloof me

t. à t.
Vincent
 2r:3 [sketch A]
translation
 1r:1
My dear friend Rappard,
Last Sunday I was at Van der Weele’s. Saw a painting by him there that I think is by far the most beautiful of his that I know. It was of several sand-carts by the side of a channel or canal. In the mist.1 It perhaps bore some resemblance to the work of Mauve, both in subject and in the approach and execution. Inasmuch as it was done in the same spirit but with enough personality to be absolutely original and singular. The dimensions were rather large. I write this to point out that Van der W. is one of the rising men, in my view. And I wish you knew him personally; now the woodcuts may provide an opportunity for getting acquainted, it seems to me. Either through you bringing him those prints sooner or later (I mean the Herkomer, and whatever else you may find), or through them becoming his with me as intermediary, I may name you as the donor and tell him that you’ve seen something of his work and would like to make his acquaintance, or something like that. In short, I just mean that if you’re put in touch with him one way or another I believe you’ll find in him someone with whom you’ll want to keep in touch and probably become real friends.
Today I sent you a roll of woodcuts. They’re the double-page engravings from The Graphic. I have more of them, but some are probably not suitable for rolling up, since they’re mounted and have had tears repaired and are less important. But these are the sheets I believe you certainly don’t have as yet, and all  1v:2 those that I would give to Van der W., provided you already had them.
And you can verify whether or not you already have them and if you do, return them.
You can sort the others out later, but I think it would be good to have a look at the most important woodcuts in this way, since if you come to visit we’ll need time for other things as well. Then at least that will be out of the way.
As soon as I have time I’ll go through the smaller ones too and send you what I think you may not have for further verification as to whether or not you do.
For now from the smaller ones I’m adding just 2 Lançons which, since they’re French, might get forgotten later when I’m sorting The Graphics but which will undoubtedly please you, at least if you don’t already have them. Isn’t Board School by Holl superb?2 and Ploughing by Small3 and Caxton printing?4
You doubtless have winter weather again in Utrecht.
Enclosed is a scratch out of the window.5 I always find it wonderfully cosy to sit by a fire in the dusk and to look through the window at a snow-covered landscape.
I’ve also found that natural chalk here in town. It’s an article that was practically unknown to me until now. Now, though, I find it isn’t that rare — and you probably know it and already have it. If not, I think it a singular medium in which to draw. Adieu, old chap, a handshake in thought. Write soon, and believe me

Ever yours,
Vincent

 2r:3
[sketch A]
notes
1. For Van der Weele, A misty morning, see letter 327, n. 1.
2. For Francis Montague Holl, A board school , see letter 199, n. 11.
3. For William Small, An English ploughing match , see letter 304, n. 40.
4. For William Small, The Caxton celebrations , see letter 304, n. 39.
5. The enclosed sketch was Snowy yard (F 1023 / JH 343); the drawing after which it was done is not known. Van Gogh again did a letter sketch after it in letter 330 to Theo.