Back to site

320 To Michiel Antoine de Zwart. The Hague, Friday, 23 February 1883.

metadata
No. 320 (Brieven 1990 321, Complete Letters -)
From: Vincent van Gogh
To: Michiel de Zwart
Date: The Hague, Friday, 23 February 1883

Source status
Original manuscript

Location
Fondation Custodia Paris, inv. no. i 1970-A-172, 173

Date
Date of postmark: Friday, 23 February 1883. This tallies with the heading: ‘Vrijdag morgen’.

Additional
The envelope belonging with this letter has been preserved. It is postmarked ‘VOORBURG 23 FEB 83 6-7 N’ on the back. On the 5 cent stamp is the numbering stamp 44 (for The Hague). It is addressed to ‘WelEd. Heer de Zwart/ Architect/ Kleine Laan/ Voorburg’.

Ongoing topic
Alterations to the studio windows (317)

original text
 1r:1
Schenkweg Vrijdag morgen

Geachte Heer de Zwart,
Heden heb ik Giesenberg1 betaald de week welke verl. Maandag 19 feb. om was, alsmede die welke den volgenden maandag 26 feb. om is – dus f. 6.20.
U ziet, hoop ik, hieruit dat ik van mijn kant ook medewerken wil.
Deze betaling sluit dus het termijn tot 1 Maart – behalve de bewuste ± f. 10 waarvan U alles weet, die staan blijft tot ik het eens heb. En is dus 10 Maart de datum waarop Giesenb. voor ’t eerst de f. 4.48 of laat ons zeggen f. 4.50 voor ’t eerst kan komen halen & vervolgens telkens den 1en, 10e & 20sten van iedere maand.
De verandering op het atelier is voor zoover ik aanvankelijk er over oordeelen kan zeer naar mijn genoegen en zal nu eerst het atelier doelmatig worden.
Om U de waarheid te zeggen viel het atelier mij betrekkelijk zeer tegen deze eerste maanden en was niet wat ik er van gehoopt had, om reden er te veel licht & reflexie was – ’t geen U trouwens, als zelf teekenwerk verrigtende, begrijpen zult geen verbeelding van mij is doch een werkelijk bezwaar en hindernis.
En was mij dit dus eene nog al erge teleurstelling en heb ik niet met dat pleizier gewerkt dat ik had kunnen hebben.
 1v:2
Enfin, nu echter begin ik er weer denzelfden lust en hoop in te krijgen als dezen zomer toen ik het voor ’t eerst zag, maar het is met een tegenvaller begonnen.
Nu, betreffende het kamertje op den zolder – ik wenschte wel dat redelijk goed & solide te hebben zoodat het prettig om te bewonen is – en praktisch, met eene bedstede.
Zoodat de persoon die er op moet komen er als zij alleen wil zijn eens kan gaan zitten en er werkelijk wat aan hebben kan.
Dat ik zulks nu niet absoluut van U vergen kan begrijp ik evenwel.–
Maar toch zou ik ’t graag hebben en welligt zijt U ook zelf van meening het beter is in eens iets goeds en blijvends er van te maken.
Welnu, ziehier wat ik U wilde voorstellen.
Bij blijven met de huur op zich zelf is mij reeds zóó moeielijk dat ik ’t niet op mij durf nemen U te beloven ik extra er voor betalen zal.
Maar desnoods wil ik zelf er wat geld voor trachten te leenen, en lukt het mij dit te krijgen zoo  1v:3 zou ik nog in Maart b.v. U al het achterstallige willen voldoen.– Maar dit zou ook het uiterste zijn wat op dit moment ik zou kunnen.
En daar ik niet absoluut zeker ben of ik het zal kunnen krijgen zoo behoeft U er niet aan te beginnen vóór ik U betaald heb. Maar van mijn kant zou ik bezwaar hebben eene demarche te maken er geld voor te leenen indien ’t niet ter wille van ’t kamertje zou zijn.
En wenschte dus wel eens van U te vernemen of U er genoegen mede nemen zoudt wij afspraken U het kamertje goed & solide met bedstede zoudt willen maken zoodra ik U al het achterstallige zou hebben voldaan. Direkte haast heb ik er niet mede en zou dus U verzoeken willen of U eens op Uw gemak nagaan wilt of er soms nog hout voor disponible zou zijn en mij daarna wilt doen weten hoe U er over denkt.
In afwachting daarvan – met de meeste achting.

Uw dr.
Vincent van Gogh2
 2r:4

translation
 1r:1
Schenkweg, Friday morning

Dear Mr de Zwart,
Today I paid Giesenberg1 for the week ending last Monday, 19 Feb., and for that ending Monday, 26 Feb. — 6.20 guilders in other words.
I hope you see from this that I, for my part, also wish to cooperate.
This payment thus covers the period up to 1 March — except for approx. 10 guilders, which you know all about and which remain outstanding until I have the money. So 10 March is the date on which Giesenb. can first collect the 4.48 guilders, or let’s say 4.50, and then on the 1st, 10th and 20th of each month.
The alterations to the studio are most satisfactory as far as I can judge initially, and now the studio will be practical for the first time.
To tell you the truth, the studio was a fairly big disappointment these first few months, and was not what I had hoped, because there was too much light and reflection — something incidentally that you, as someone who makes drawings himself, will understand is not imagination on my part but a genuine drawback and obstacle.
This was a rather severe disappointment, and I haven’t worked with the enjoyment I could have had.  1v:2
Anyway, I am now beginning, however, to feel the same pleasure and hope about it as last summer when I saw it for the first time, but it has begun with a disappointment.
Now, as regards the little room in the attic — I should like to have that reasonably sound and solid so that it is agreeable to occupy, and practical, with a box bed.
So that the person who will be there can sit down if she wants to be alone, and will really get some benefit from it.
I understand, however, that I absolutely cannot ask such a thing of you at this point.
But still I would like to have it, and you yourself may well take the view that it is better to make something sound and permanent of it from the start.
Well, that is what I wanted to propose to you.
Paying the rent on time is already so difficult for me that I don’t dare promise you that I’ll pay extra for it.
But if need be I am willing to try to borrow some money for it, and if I manage to do this  1v:3 I would want to pay you all the arrears in March, say. But this would be the utmost I could do at the moment.
And since I am not absolutely sure whether I can get it, you need not make a start on it until I have paid you. But for my part I would object to taking the step of borrowing money if it were not for the little room.
And should like to hear from you sometime whether it would be acceptable to you if we agreed that you will make the room sound and solid with a box bed as soon as I have paid you all the arrears. I am not in great haste about this, and so should like to ask you if you could see, at your convenience, whether there might be wood available and then let me know what you think.
In expectation of that — yours respectfully.

Your servant
Vincent van Gogh2
 2r:4
notes
1. The person meant is Willem Kiesenberg; cf. letter 315, n. 2.
2. The surname ‘van Gogh’ was added later.