1r:1
1Waarde Theo,
2Uw brief & den inhoud/ zoowel schriftelijken als geldelijken/ deed mij niet
3weinig genoegen & ik dank er U wel voor, in ’t eerste opzigt was ik
4vooral blij te hooren dat het misschien niet heel lang hoeft te duren
5voor ge eens weer naar Holland komt. Zoodra ’t U mogelijk
6is te bepalen of zulks vóór dan wel nà nieuwe jaar zijn zal/
7wil ik dat wel heel graag zoo bij benadering vooruit
8weten.1 Ik ben zeer blijde dat gij de studies afgezonden hebt2
9ik gevoel het zoo sterk dezer dagen terwijl ik er veel nieuwe
10bijmaak/ dat ik het werk naar ’t model bij elkaar moet zien te
11houden. Wat zou ik het heerlijk vinden als ik wat meer
12met U eens kon overleggen omtrent het werk – doch we zijn te
13ver van elkaar.
14Ik zag dezer dagen, en heb het ook in mijn verzameling, eene
15groote houtsnee naar een Schij van Roll/ Une grève de
16charbonniers_3 Kent gij dien schilder soms en indien ja/ wat
17hebt ge van hem gezien? Dit stelt voor de werf van een charbonnage,
18waarvoor een talrijke groep mannen en vrouwen en kinderen die blijkbaar
19het gebouw hebben bestormd. Zij staan of zitten rond een omgestulptea
20kar, en worden in bedwang gehouden door gendarmes te paard_
21Een kerel gooit nog een steen maar eene vrouw tracht zijn arm
22te grijpen. De karakters zijn uitmuntend en het is ruw en brutaal
23geteekend en zeker ook geschilderd/ geheel in overeenstemming met
24den aard van het onderwerp. Het is niet als Knaus of Vautier
25maar met meer hartstogt als ’t ware gedaan – bijna geen details/
26alles gemasseerdb en vereenvoudigd – maar er is veel stijl in.
27Er is veel expressie en stemming en sentiment in en de bewegingen
28'van de figuren – de verschillende acties – zijn meesterlijk uitgedrukt.
29Het trof mij erg en evenzeer Rappard aan wie ik er ook een zond_
30Het stond in de Illustration – maar een oud nummer.4
31Ik heb toevalligerwijs er nog een van een Engelsch teekenaar/
32Emslie, wiens motief is/ mannen die in de mijn gaan om
33verongelukten zoo mogelijk nog te helpen terwijl de vrouwen staan te
34wachten.5 Anders zijn zulke onderwerpen slechts zelden
35gemaakt_– Wat dat van Roll betreft – ik heb zoo’n scène zelf bijgewoond
36in al zijn geur en kleur6 – ik vind het mooie van zijn schilderij dat
37het geheel zoo echt zoo’n toestand uitdrukt – ofschoon men er
38maar weinig van de details in terug vindt. Ik dacht er bij aan
39een woord van Corot – il y a des tableaux où il n’y a rien
40et pourtant tout y est.7 Er is in ’t geheel iets groots en klassieks
41als in een mooi historie schilderij8 – in de compositie en de lijnen
42en dat is een kwaliteit die tegenwoordig even zeldzaam blijft als ze
43altijd geweest is en blijven zal.
 1v:2
44Het doet mij eenigzins aan Gericault denken/ n.l_ aan de
45Radeau de la Méduse,9 en toch tegelijk aan Munkaczy10 b.v._
46Deze week heb ik eenige groote koppen geteekend en ook eenige
47kinderfiguren en dan nog weesmannen.11
48Wat gij zegt van die kleine teekeningetjes12 ben ik wel met U
49eens – dat n.l. dat van ’t bankje13 meer op de ouderwetsche
50manier gedaan is. Toch deed ik dit min of meer opzettelijk,
51en zal ’t nog wel eens meer doen misschien. Hoezeer ik ook
52veel schilderijen en teekeningen die bepaald met ’t oog
53op den fijn grijze/ harmonieuze kleur en op den
54localen toon gemaakt zijn prachtig mooi vind/ zoo
55geloof ik toch dat veel artisten die daar minder
56bepaald op werkten en nu voor ouderwetsch doorgaan
57altijd frisch en groen zullen blijven om reden
58hun manier van doen ook zijn raison d’être had en
59houden blijft. Om U de waarheid te zeggen
60zou ik noch de ouderwetsche noch de nieuwere
61opvatting willen missen. In beide rigtingen
62zijn te veel dingen hors ligne dan dat ik voor mij
63bepaald aan de een of de andere de voorkeur kan
64geven systematisch. En niet in alle opzigten zijn
65de veranderingen door de nieuweren in de kunst gebragt
66verbeteringen/ niet alles is vooruitgang – noch in ’t
67werk noch in de personen zelf der artisten en dikwijls
68komt het mij voor dat velen en hun uitgangspunt en
69hun doelwit uit ’t oog verliezen – of met andere woorden geen
70voet bij stek houden.
71Uw beschrijving van dat avondeffekt vond ik weer heel mooi.14
72het ziet er hier vandaag heel anders uit maar in zijn soort
73is het ook mooi. b.v. het terrein bij de Rijnspoor.– op den
74voorgrond de kolenweg met de populieren die hun blaren beginnen
75te verliezen – dan de sloot of vaart vol kroos/ met een hoogen kant
76begroeid met verflenst gras en lisch/ dan de grijze of bruingrijze
77grond van omgespitte aardappellandjes of plekken beplant met
78groenachtig paarsche roode kool – hier en daar een heel erg
79frisch groen van versch opgeschoten herfst onkruid waarbovenuit
80boonestaken met verwelkte stengels en de roodachtige of groene
81boonenpeulen – achter die strook grond de rood verroestte en zwarte rails
82in geel zand – hier & daar stapels oud hout – bergen steenkool/
83afgedankte wagons – daarbovenuit regts eenige daken en
84de goederen remise – links een uitzigt op uitgestrekte/
85vochtig groene weien/ aan den horizon wijd weg afgesloten  1v:3
86door een graauwe strook waarin men nog boomen/
87roode daken & zwarte fabrieksschoorsteenen onderscheiden kan.
88Er overheen een iets of wat geele maar toch grijze lucht/ erg kil
89en winterachtig – die laag neer hangt en waaruit
90een soort stofregen komt bij vlagen en waarin veel hongerige
91kraaien vliegen. Toch valt er veel licht op alles/
92wat vooral uitkomt als een paar figuurtjes met blaauwe
93of witte kielen over het terrein rondscharrelen/ als wanneer
94de schouders en koppen licht pakken. Mij dunkt
95evenwel dat het er te Parijs heel wat helderder zal uitzien
96en minder kil. Want de killigheid komt tot in
97huis, en als men een pijp aansteekt is er iets van den
98motregen in als ’t ware. Maar het is erg mooi_
99Alleen ’t is op zulke dagen dat het wel gezellig zou zijn
100eens een vriend op te zoeken of er een bij zich te hebben
101en ’t is op zulke dagen dat men wel eens iets leegs voelt als
102men nergens heen kan gaan en er niemand komt_
103Maar juist dan voel ik toch wat het werk is/ hoe toch onafhankelijk
104van goedkeuring of afkeuring het toon geeft aan het leven en
105men op dagen dat men anders melankoliek zou worden blij is
106een wil te hebben.
107Ik had nog een paar uur model, vandaag een jongen met een
108schop, opperman van zijn beroep. een heel echt type/ platten neus/
109dikke lippen/ erg steil ruw haar – en toch/ als hij iets doet
110is er gratie in ’t figuur, of liever althans tournure en karakter.15
111Ik denk wel dat ik nog mooie modellen zal krijgen dezen
112winter. de baas van de werf heeft mij beloofd de arbeiders
113die om werk komen vragen/ zooals telkens
114voorkomt nu en dan in den slappen tijd/ naar mij toe
115te sturen.16 Ik geef ze altijd graag een paar kwartjes
116voor een middag of morgen want dat is net wat ik
117hebben moet. Ik zie geen anderen weg dan werken met
118model/ men mag zeer zeker zijn verbeeldingskracht
119niet uitdooven – maar juist het voortdurend onder de oogen
120hebben van de natuur en het worstelen er mee scherpt de
121verbeeldingskracht en maakt ze juister.
122Den volgenden zondag hoop ik dienzelfden jongen weer te krijgen/
123ik wou dan hem eens teekenen zoo als ze de schuiten met
124steenen voorttrekken – die men hier veel in de vaart ziet.  1r:4
125Het is uit met het buiten gaan werken – dat is bepaald
126stilzittende werken want het is te guur – dus moeten
127we maar de winterkwartieren betrekken.
128Zoo in mijn gevoel heb ik wel lust in den winter/ het is wel
129een heerlijk saizoen als men geregeld werken kan. Ik heb
130wel hoop dat het wat vlotten zal_
131Dat ik van harte hoop gij het bewuste binnen zult
132krijgen behoef ik U niet te zeggen. Ik heb zooals ge
133weet met schilderen & aquarelleeren meer doorgezet dan
134eerst het plan was en ik moet er nu nog al krom voor
135liggen. Doch daar zullen we wel doorkomen, en zelfs
136mag het geen reden zijn om te verslappen. Ik varieer het
137nu door druk met model te werken ofschoon dat ook
138nog al oploopt – maar ik krijg er mijn portefeuilles
139door gevuld naarmate mijn portemonnaie leeger wordt.
140Mogt het zijn gij tegen den twintigsten de heele
141gewone som niet bij elkaar hebt stuur dan een
142gedeelte/ maar ik zou liever een dag vroeger
143dan later ontvangen daar ’t zoo uitkomt met den
144dag dat ik de huur te betalen heb voor die week.
145Behalve dat èèn muur erg vochtig is blijft het huis mij
146best bevallen. Het werken met model kan hier
147veel beter dan op het andere atelier – ik kan zelfs met
148meer personen te gelijk werken/ b.v. twee kinderen
149onder een parapluie/17 twee vrouwen die staan te praten/18
150een man en eene vrouw gearmd,19 &c.
151Maar wat hebben we hier eigentlijk weinig lente en zomer gehad/ het is mij
152soms net als of er niets tusschen lag/ tusschen verl. najaar en nu
153dit/ maar dat kan wel zijn omdat er den tijd tusschen ligt dat ik
154ziek was. Ik voel me anders nu weer normaal tenzij als ik erg vermoeid
155ben/ dan heb ik soms een dag of een halve dag dat ik onbeschrijfelijk flaauw
156en zwak ben/ veel meer dan vroeger. Alleen ik stoor er me niet meer aan
157want het verveelt me te erg en komt me te slecht gelegen, daar er te
158veel werk aan den winkel is. Het helpt mij dikwijls dan b.v. eens hard
159naar Schevening te loopen of zoo.
160Nu/ schrijf vooral weer tegen den twintigsten. ik heb deze keer weer
161Whatman moeten opdoen en penseelen. Ge kunt niet begrijpen
162hoe veel dingen men soms noodig heeft. Enfin dat is zoo met ieder schilder.
163in gedachten een handdruk en geloof me

164t. à t.
165Vincent


28 acties – < acties
top