3Zeer verblijdde mij Uw schrijven dat ik gisteren avond 4ontving. Ik had er reeds naar uitgezien doch 5dacht wel ge ergens aan de sjouwerij waart_
6’t Geen ge me van Drenthe1 vertelt interesseert 7mij – ik ken Drenthe volstrekt niet door 8zelf er geweest te zijn – wel door ’t geen Mauve & 9Termeulen b.v. er van hebben meegebragt.2 10Ik stel ’t mij voor als Noord Brabant toen 11ik jong was/ zoo’n jaar of 20 geleden. Als jongen 12herinner ik mij de hei en de kleine boerderijtjes/ 13de weefgetouwen, de spinnewielen, nog precies 14zóó gezien te hebben als ik ze nu op de teekeningen 15van Mauve & Termeulen zie. Nu is dat 16gedeelte van Brabant waar ik bekend ben 17reeds enorm veranderd door ontginningen 18en door industrie_3 Ik voor mij zie nu niet zonder 19een zekeren weemoed een nieuwe kroeg met 20rood pannen dak op menig plekje waar ik 21mij herinner een leemen hut met bemost 22rietdak te hebben zien staan.
23Er zijn sedert beetwortelsuikerfabrieken, sporen, 24heigrond ontginningen, &c_ gekomen die 25lang zoo pittoresk niet zijn.4
26Enfin – maar wat wel in me zal blijven 27is iets van de strenge poezij van de echte 28hei. En die echte hei schijnt dus in Drente 29nog net zoo te bestaan als vroeger de Brabantsche 30was.
31Toch is er nog enorm veel moois ook nu in 32Brabant – herinner U ’t Heike maar 33eens waar we zamen geweest zijn.5
34Uwe schetsjes in den brief vind ik zeer goed. 35in dat kerkhof vooral vind ik veel karakter.
36Mij aangaande/ ten gevolge van een bezoek 37van mijn broer/ die mijn aquarellen zag/ 38ben ik ook druk aan ’t schilderen.
39Eigentlijk gezegd geloof ik niet dat men aan 40mijn eerste geschilderde studies zou zeggen 41dat het mijn eerste waren.
42Want ’t valt me niets vreemd en ik heb er 43groote ambitie in.
44Gisteren avond heb ik in de Rijswijksche weilanden een aardig 45effekt gevonden.– Vlakke groene weilanden 46waardoor een zwarten kolenweg gaat met een 47sloot er langs_– De zon gaat vuurrood 48onder – een boertje sjokt naar huis – ver 49weg een boerenwoning_6
50Verder heb ik een kleine marine – en 51brokken Duingrond – een rij knotwilgen/ een aardappelveld 52en zoo voorts.7
53Het schilderen is mij zoo sympathiek dat ’t me 54veel moeite zal kosten om niet altijd te 55schilderen.
56Het is iets mannelijkers dan aquarelleeren 57en er is meer poezij in.
58Ge weet waarschijnlijk dat er op ’t oogenblik 59hier eene expositie is van de Holl_ Teekenmaatschappij_8 60Daar zijn fameus mooie zaken.
61Er is een vrouw aan ’t weefgetouw van Mauve9 62die ik niet uit ’t hoofd kan krijgen. Een 63oud moedertje van Israels10 dito. Neuhuys/11 Maris/12 64Du Chatel/13 ter Meulen14 en een massa anderen/15 65Weissenbruch16 niet te vergeten.
66Er is een alleraardigst portret van Weissenbr. door 67Israels/ zoo echt en typig dat ik ’t U niet 68zeggen kan.17
69Er is ook een heele mooie groote marine v_ Mesdag 70en twee Zwitsersche dingen van hem die ik nog al 71bête vind ofschoon er een zekere brutaalheid 72in is – doch niet doorgezet en niet gevoeld.18 73Maar de groote marine vind ik superbe.
74Van Willem Maris een alleraardigste Zeug met 75een legio biggen_19
76En een Jaap Maris – een zeer groot stadsgezigt20 77zoo kras als Delftsche v.d_ Meer.
78Er was eenigen tijd geleden nog eene 79Tentoonstelling van Fransche kunst 80uit particuliere verzamelingen/21 81Daubigny – Corot – Jules Dupré/ 82Jules Breton/ Courbet/ Diaz/ Jacque/ 83Th. Rousseau/ waar ik tegelijk 84zeer geanimeerd werd – en toch een 85zekere melankolie voelde als ik dacht 86aan het den een na den ander verdwijnen 87van die trouwe veteranen_– Corot is er niet 88meer/ Th_ Rousseau/ Millet – Daubigny/ 89ze rusten van hun werk. Jules Breton/ 90Jules Dupré/ Jacque/ Ed_ Frère/ ze zijn er nog 91maar hoe lang zullen ze nog in 92hun blouse rondwandelen. Ze zijn allen 93reeds bejaard en staan met een been in ’t graf. 94En hun opvolgers – zijn ze die eerste 95eigentlijke moderne meesters waard_–
96Alleen reden te meer om de zaken 97krachtig aan te grijpen & niet te 98verslappen.
99Het nieuwe atelier dat ik heb bevalt mij goed 100en ik vind mijn stof hier vlak in de buurt. 101Hartelijk hoop ik ge vroeger of later eens 102komen zult & zeer verlangend blijf 103ik steeds iets van Uw werk te zien of te 104vernemen per brief.
105Mijn broer laat U ook groeten/ ik 106vertelde hem gij zeer druk aan den gang 107waart.
108Het gaat mij zoo als U/ in dit opzigt 109dat ik weinig correspondeer in dezen 110tijd & schrijf U nu ook in haast_ 111Heb het goed & voorspoed in alle 112opzigten & geloof me/ met een 113handdruk in gedachten