1r:1
Brussel febr. 1881

Beste Pa en Moe,
Uw brief heb ik ontvangen & was er blij mede van wege dat ik er reeds naar had uitgezien, vooral om reden van Pa’s ongesteldheid.1 Gelukkig dat het aanvankelijk beter gaat.
Het blijft nog al voorspoedig gaan met mijn werk hoewel het nog onvolkomen is en nog veel beter moet worden. Bij dien schilder2 vond ik op zijn atelier eene zeer goede afbeelding van een skelet. Daar die dingen betrekkelijk moeielijk goed te vinden zijn vroeg ik hem of hij mij het wilde afstaan voor een dag of wat om het na te teekenen. Aanvankelijk maakte hij bezwaar, waarschijnlijk omdat hij meende ik het niet zou kunnen doen of er te lang werk aan zou hebben, maar ik hield aan om het te hebben & hij liet het mij toe. Dat was verl. Zondag middag en zoodra ik ’thuis kwam begon ik er aan en Maandagavond stond het er op en tot zijn verwondering bragt ik het hem reeds Dinsdag morgen terug en hij vond mijn teekening goed en die is ook werkelijk zoo heel kwaad niet.3 Ik zal nog wel meer van dien man profiteeren als hij maar tijd disponibel heeft, in sommige punten en vooral in perspectief is hij goed ingelicht & kan ik althans nog veel van hem leeren.
Nu moet ik U iets anders zeggen dat ik gedaan heb. Zooals ik U schreef heb ik omstreeks een maand geleden een broek & jas gekocht uit de tweede hand. Dit is mij zoo goed bevallen dat ik bij denzelfden nog een jas en nog een broek heb genomen. Wel was ik min of meer met het eerstgekochte gestelda maar als men 2 stel heeft is het eigentlijk beter & verslijt het minder gaauw omdat men verwisselen kan. Ik zend U een staal van het goed hierbij. En ik had ook noodig mijn ondergoed aan te vullen met 3 onderbroeken en heb daarvoor gegeven fr 2.75 per stuk en bovendien kocht ik voor 4 francs een paar schoenen. Het was werkelijk niet overbodig dat ik dit een & ander nam.  1v:2 Dit een & ander heeft een merkbare bres gemaakt in het voor deze maand gezondene en ik zal er min of meer voor moeten krom liggen, vooral omdat ik den schilder 5 francs vooruitgaf voor de lessen.
Maak U niet ongerust over deze uitgave evenwel en verdenk mij niet van roekeloosheid want eigentlijk is veeleer het tegendeel mijn fout, en kon ik nog meer uitgeven zou ik ligt nog spoediger opschieten en vorderen.
Kunt U mij deze maand nog iets zenden4 zonder dat het U zelf in benaauwdheid brengt dan zou ik U dat echter wel willen vragen.
Maar kunt U het niet dan is er geen onmiddelijke haast mede want ik sprak er een woord over met den huisbaas5 dat ik mogelijk wat zou moeten schipperen deze maand en hij vindt het goed dat ik hem betaal wanneer het mij gelegen komt omdat hij mij nu lang genoeg kent om niet meer bepaald te vorderen dat ik vooruit betaal, ten minste geen volle maand vooruit.─
Met dat bewuste pak heb ik nog een ander doel dan alleen het zelf zoo lang mogelijk te dragen, wanneer het n.l. wat oud geworden zal zijn, zal het mij nog op een andere wijze dienst doen. U moet namelijk weten dat ik langzamerhand eene kleine collectie werkmans kleeren hebben moet om er modellen mede te kunnen kleeden, voor mijn teekeningen namelijk.
Bijvoorbeeld een Brabantsche blaauwe kiel, het graauw linnen pak dat de mijnwerkers dragen en hun leeren hoed, verder een strooien hoed en klompen, een visscherscostuum van bruin pilo6 met een zuidwester. En zeer bepaaldelijk ook die kleeding van dat soort zwart of bruin fluweel die zeer schilderachtig en karakteristiek is ─ verder een rood baai buis7 of borstrok.  1v:3 En evenzeer een paar vrouwencostumes, b.v. dat van de Kempen8 & de buurt van Antwerpen met de Brabantsche muts en b.v. dat van Blankenberg9 of Schevening of Katwijk.
Het is echter geenszins mijn plan om dit alles mij op eens aan te schaffen maar wel zeer zeker langzamerhand, stuk voor stuk, bij gelegenheid, dit een & ander bij een te brengen. En daar men die kleeren uit de tweede hand krijgen kan is het gansch niet onbereikbaar.
En dit alles zal eerst goed op streek kunnen komen als ik ergens voor vast een soort atelier heb.─
Dit is de eenige ware manier om er te komen, te teekenen naar model met de noodige costumes. Alleen als ik het teekenen zoo grondig en ernstig opvat, steeds zoekende de werkelijkheid weer te geven, dan zal ik er komen en dan is er ondanks de onvermijdelijke uitgaven nog een bestaan in te vinden. Want een goed teekenaar kan tegenwoordig wel degelijk werk vinden en naar dergelijke personen is veel vraag en er zijn betrekkingen te krijgen die zeer goed betaald worden. De zaak is dus zoo knap mogelijk te trachten te worden.
Te Parijs is er menig teekenaar die 10 of 15 francs daags verdient, en te Londen & nog elders evenzeer en zelfs nog meer, maar dit bereikt men niet op eens en zoover ben ik nog geenszins, maar het kan werkelijk zoo worden als ik wat zegen heb en op nieuw in relatie kom met personen als de Hr Tersteeg of Theo en nog meer bepaaldelijk ook met goede schilders & teekenaars. Maar er moet enorm gewerkt & gestudeerd worden, dat is de conditie.
Het zal U niet verwonderen als ik U zeg dat ik buitengewoon sterk verlang te weten wat Theo’s propositie mogelijk wezen mogt of om welligt iets te vernemen van den Hr Tersteeg.
Want op de een of andere manier moet ik toch zoo ongeveer in de Maand Maart weten  1r:4 waaraan ik mij te houden heb & hoe en waar ik gedurende de lente- & zomermaanden zal kunnen werken.
En mogt ik gaandeweg aan het verdienen kunnen raken, zou mij gansch niet onaangenaam zijn, hoewel de hoofdzaak is dat ik maar vorder & sterker wordt in mijn teekenen, dan komt er later nog veel teregt, hetzij het langer hetzij het korter dure.
Modellen kosten duur, althans betrekkelijk duur en kon ik die betalen & ze dikwijls hebben dan zou ik veel beter kunnen werken.─ Maar dan wordt ook een atelier onontbeerlijk. En dit weten zulken als de Hr Tersteeg & Theo & anderen zeer goed. Enfin ik moet afwachten tot zij schrijven over een of ander en intusschen doen wat ik kan.
Maakte nog een teekening van mijnwerkers in de sneeuw die al wat beter is dan die van verleden winter,10 er is meer karakter & effekt in.
En ben ook weer aan het verzamelen van houtgravures op de manier van die plakboeken zooals Theo & Willemien er in der tijd ook hadden. Want als ik dat wat compleet heb dan kan ik er nog nut van hebben want het kon zeer wel er nog op uitloopen dat ik met der tijd inderdaad voor houtgravure ga werken.11
U moet wel weten dat de bewuste kleeren die ik kocht van goed model zijn & mij beter staan dan iets anders dat ik mij herinneren kan, ik zeg U dit omdat U zoudt kunnen meenen het iets opzigtigs of ongewoons was. Vooral op de ateliers draagt men deze stof12 dikwijls.
En nu eindig ik na groete aan allen en na U gelukgewenscht te hebben met Anna’s verjaardag13 & geloof mij

Uw liefh.
Vincent

Die schilder bij wien ik nu les neem heeft op ’t oogenblik o.a. een zeer goed schij onder handen van een visscher van Blankenberge.

top