1r:1
1Etten 31 December 18761

2Waarde Theo,
3Van harte alles goeds in het nieuwe jaar U toegewenscht/
4heb het goed en heb zegen in alle opzichten. Heerlijk
5wij elkaar weer gezien hebben, wat was het mooi dien
6morgen toen Gij zijt weggegaan en wat zullen wij nog
7dikwijls aan de reis naar Chaam2 denken.
8Moe heeft weer zooveel pijn aan het oog en heeft een
9doek om, Pa heeft weer zoo heel mooi gepreekt van
10morgen.
11En nu van avond weer Oudejaarsavond, waart Gij ook
12maar hier.
13Er is nog iets nu dat ik U moet vertellen; een paar dagen
14geleden kwam de Hr. Braat uit Dordt3 een bezoek
15brengen bij Oom Vincent en zij spraken over mij en
16oom vroeg aan de Hr B., of er bij hem, indien ik dit
17verlangde, voor mij plaats zou zijn. De Hr B. dacht
18hij wel plaats zou hebben en zeide dat ik maar eens
19moest komen om er over te spreken. Dus ben ik
20gisteren morgen vroeg er heen geweest, Pa en Moe en
21ik ook, vonden het iets dat wij niet moesten laten
22voorbijgaan zonder te zien wat het was.
23Sprak met hem af ik na Nieuwejaar eene week bij
24hem zou komen en na verloop van dien tijd kunnen
25wij zien.4
26Er zijn veel dingen die het wenschelijk maken, het
27weer terug zijn in Holland in de buurt van Pa
28en Moe en ook van U en de anderen vooreerst.5
29Dan zou het salaris daar zeker iets beter zijn
30dan bij Mr Jones en vooral met het oog op later
31wanneer een mensch meer noodig krijgt  1v:2
32is het plicht daaraan te denken.
33Wat nu het andere betreft/ dat laat ik daarom
34niet varen. Pa’s geest is zoo groot en zoo veel-
35zijdig uitgebreid en onder alle omstandigheden
36hoop ik zich iets daarvan in mij zal ontwikkelen.
37de verandering nu zal zijn dat ik in plaats
38van les te geven aan die jongens in een boek-
39winkel werkzaam ben.─
40Wat hebben wij dikwijls verlangd bij elkaar te zijn
41en hoe vreesselijk is het gevoel van ver van elkaar
42te zijn bij ziekte of zorg gelijk wij het bij voorbeeld
43voelden bij Uwe ziekte, en dan het gevoel dat het gebrek
43aaan het noodige geld zeer goed een beletsel zou kunnen zijn om in nood
43bbij elkaar te zijn_
44Dus is het best mogelijk ik daar heen ga.─
45Gisteren avond was ik nog bij Oom Vincent om hem
46te vertellen ik dadelijk naar Dordt was geweest, het
47was een stormachtigen avond/ gij kunt U denken hoe
48mooi die weg naar Prinsenhage was met de donkere
49wolken met hun zilveren randen. Ik ging ook
50nog even in de Roomsche kerk waar avonddienst
51was, het was een mooi gezicht/ al die boeren en de
52boerinnen met hun zwarte kleeren en witte mutsen/
53en de kerk zag er zoo vriendelijk uit bij het avondlicht.
54Gij moet het maar dadelijk aan den Hr. Tersteeg ook
55zeggen ik 8 dagen daarheen ga om daarna verder
56te zien, laat ZEd. dezen brief lezen als gij wilt en
57wensch vooral Hem en Mevrouw veel goeds toe voor
58mij in het nieuwe jaar. Schrijf U zeer in haast/ Anna
59en de meisjes6 en Cor gingen naar Prinsenhage en Pa
60wilde ik maar met hen zou medegaan_ Tante7 kwam met
61hen in het rijtuig terug en ik wandelde met Willem Car-
62bentus.─8 Nu jongen, beste broer, wat waren het goede
63dagen toen wij allen zamen waren,9 heb een goeden
64oudejaarsavond en geloof mij

65Uw liefh. broer
66Vincent

67Spoedig wel meer ─ à Dieu. Mocht gij
68schrijven adresseer dan Uw brief naar
69Dordt.10


top