1r:1
Parijs. 12 Sept. 1875.

Waarde Theo,

Flügel, Flügel über’s Leben!
Flügel über Grab und Tod!1

die hebben wij noodig & ik begin te zien dat wij die krijgen kunnen.─ Zou b.v. Pa die niet hebben? En hoe Hij die gekregen heeft weet gij, door het gebed & de vrucht daarvan: geduld & geloof2 & door den Bijbel die een licht op zijn pad & een lamp voor zijn voet was.─3
Ik hoorde van middag een mooie preek over: “Oubliez ce qui est derrière vous”,4 er kwam o.a. in, Ayez plus d’espérance que de souvenirs; ce qu’il y a eu de sérieux & de béni dans votre vie passée n’est pas perdu; ne vous en occupez donc plus, vous le retrouverez ailleurs, mais avancez.─ Toutes choses sont devenues nouvelles en Jesus Christ.─5
Houd U flink & geloof mij

Uw liefh. broeder
Vincent

Indien het nu waar is que la jeunesse & l’adolescence ne sont que vanité,6 (altijd er bij in ’t oog houdende wat hierboven staat & er bij denkende dat hoewel men later weer op nieuw beginnen moet, eene welbesteede jeugd een schat is) zou het dan niet onze ambitie & hoop moeten zijn mannen te worden zoo als Pa en anderen? Laat ons beiden dat hopen en bidden. Groete bij allen die naar mij mochten vragen.

Gij kent de ets van Rembrandt, Burgemeester Six die voor ’t venster staat te lezen.7 Ik weet Oom Vincent & Cor daar zeer veel van houden, & ik denk wel eens dat op hen moet geleken hebben toen zij jonger waren. Gij kent het portret van Six toen hij ouder was ook,8 ik geloof er eene gravure van in den winkel bij U is.─9 Dat leven van hem moet wel een mooi & ernstig leven geweest zijn.─

top