1r:1
Waarde Theo,
Uw brief heb ik ontvangen en ik dank U daarvoor en voor het ingeslotene.
Dat gij schrijft dat gij weer voor uw kwade halfjaar staat – want dat duurt geloof ik 1/2 jaar – is niet precies een prettige tijding voor U om te schrijven noch voor mij om te ontvangen.–
Wij moesten echter zien er iets aan te doen om te maken het beter ging voor ons beiden.
Vóór ik Uw brief & ingesl. ontving had ik reeds iets gedaan wat ge wel niet goed zult vinden doch waaromtrent ik Uw opinie ook niet veel tel, moet ik tot mijn leedwezen zeggen. Ik heb nogmaals een poging in ’t werk gesteld om weer op goeden voet met Mauve te komen, zoo mogelijk ook met Tersteeg.– Ik weet niet of dat gelukken zal – ik moet echter meer ruimte hebben want met den besten wil van de wereld, als men zoo als ik nu EEN VOL JAAR EN LANGER gansch buiten de schilderwereld is geweest, raakt men buiten doodgewerkt en moet zich opfrisschen.
Dat voelt of begrijpt gij nooit en zegt “schilder maar door” en meer weet ge niet.– Ik neem U dat niet kwalijk maar ik vind het ook niet intelligent van u – weet dat wel.–
 1v:2
Het is volkomen waar wat gij zegt: “dat als ik goede schilderijen maak ik er eer iets door tot stand brengen zal dan door over revolutionaire kwesties te discoureeren”.(*)1 Dit vind ik zelfs dermate waar, dat ik terwijl ge dit schreeft juist weer een demarche deed, regtlijnig voor den vooruitgang van mijn werk, juist door te vragen weer eens op ’t atelier van Mauve eenige studies te schilderen.2
Ge zijt telkens in tegenspraak met uw eigen – op de bovengenoemde zinsnede(*) in Uw brief volgt direkt de vraag: dat ge me vraagt of ik U soms nieuwe elementen aan de hand kan doen over de hervormingskwesties in den handel.–
Wil ik er U een aanraden in Uw en in mijn persoonlijk belang (laat het algemeene staan):a steun mijn demarche bij Mauve en bij Tersteeg.–
 1v:3
Help me vlot wordenb en geld verdienen, niet alleen door het geld te sturen doch ook door Uw invloed en meer zamenwerking en beter allooi van vriendschap. Ik zeg nog eens, steun b.v. de demarche door mij gedaan want die had al vroeger moeten gedaan worden met appui uwerzijds er bij.–
Doe dat royaal en flinkweg, niet aarzelend en slag om den arm houdend als ’t er op aan komt.–
Er zit kracht genoeg in me om wat te kunnen en te verdienen ook. En dan – zoo als ge zelf zegt – als ik vorder met mijn schilderijen en een goed zelfstandige positie herover ben ik meer waard dan nu.–  1r:4 Dan – later dus – als ’t me wat beter gaat – wil ik heel graag trachten U nieuwe elementen te geven voor die kwesties van hervorming in den handel – waaromtrent ik wel degelijk mijn idees heb, die voortvloeijen uit eigen ondervinding van wat hinderlijk is voor den vooruitgang van de schilders en welke soort dingen het schildersleven soms ondragelijk maken.–
Nu – vind ik ’t moment niet om U daar lang over te schrijven. Ik zeg alleen dit – als gij of als ik geld noodig hebben om vooruit te komen en als we maar met halve kracht werken kunnen op ’t moment om finantieele redenen, moeten we zorgen we dit krijgen en tobben tot we ’t hebben – Niet redeneeren: “we staan voor een half jaar dat in ’t finantieele slecht zal zijn dus schik je daarnaar”.– Wat er moet zijn dat kan ook gevonden worden.–
Ik heb aan Mauve geschreven en aan T. Wilt gij appuyeeren, tant mieux.–

b. à t.
Vincent

 2r:5
Versta me echter wel – ik heb niet klagenderwijs geschreven aan M. of aan Tersteeg. Integendeel maar ik heb zoo krachtig ik kon gezegd: geef me nog eens gelegenheid eenige studies te maken bij Mauve.–
Dat heb ik gevraagd – niets anders en daar heb ik ook alleen behoefte aan.–
Het geldelijke moeten zij ook niet eens in gemengd worden.– Als ik ’t zelf niet uitsparen kan moet gij een uiterste poging doen om me een extra frs 100 te zenden want ik ga niet voor lang.–
of als gij absoluut niet kunt moet Pa voor zien te schieten.– Ik zal er op hameren tot ik het er bij M. doorkrijg.–  2v:6 Als ’t mij alleen niet lukt moeten we zamen Mauve ’t vragen tot dat hij ’t doet.–
Dan – daarna – heb ik weer eenige wenken om mijn werk hier te verbeteren en er mee te vorderen.
En heb weer een pied à terre bij een goed solied schilder. En dan guarandeer ik er binnen kort wat gebeurt – ’t zij dat ik eens exposeer ’t zij dat ik eens verkoop.–
Als ik U schreef AGIR,3 is dat geen WOORD Theo – hoor! maar dan is het om u te zeggen: gaan we zamen vooruit of blijft ge liever achter?–
ik heb liever we zamen vooruitgaan doch gezanikt mag er niet worden.  2v:7 Als het geldelijke een bezwaar was en voor U en voor Pa dan zou ik ’t van Rappard kunnen krijgen.
En dus courage! maar laat ons zamen vooruit gaan en er zamen op hameren tot wij dat er door hebben.–
Wilt ge niet mee doen dan ga ik alleen er op door.– Antwoord me nu hier eens op.– Natuurlijk hoor ik misschien niets van M. of T.
als ik iets hoor schrijf ik U direkt. En duurt het te lang dan moet het herhaald worden, of door mij alleen of door ons beiden, net zoo als ge wilt.– ’t Gaat Rappard heel best en meer anderen ook maar die hebben waarachtig ook niet enkel maar geduld en lijdzaamheid gehad. We moeten vooruit.–
 2r:8
Wen U aan dat idee dat we ons bewegen moeten.
Ik heb niet voor niets sedert ik ’t eerst bij M. was geblokt op de gronden van teekening zoowel als van kleur en schildertechniek.–4
Ik heb iets bij geleerd maar ik heb er Mauve of iemand anders die heel knap is nog eens bij noodig – niet om me over ’t paard te ligten – doch om me wat courage te geven die mij ontzinkt als het al te lang zanikt.
Vooruit – en ’t bliksemt niet als ’t mislukt – als ’t mislukt dan op nieuw.–

 3r:9
Er moet krachtig doorgezet worden – met verfrischte energie – en dan kan de zaak tusschen U en mij tot beider satisfactie uitkomen en in plaats van standjes en hatelijkheid kan er iets pittigs en goeds uit voortkomen.–
Het is zeer waar dat ik dit jaar voor mijn werk eerstens, tweedens ook voor mezelf, meer heb uitgegeven dan ’t vorige.– Hier heb ik echter geen spijt van – ik ben ook gevorderd juist in ’t geen later den boel redresseeren kan in ’t schilderen en – wat ik betreur is alleen dat ik nog niet een paar honderd gulden meer heb kunnen besteden. Wat ik er mee gewonnen heb is dat b.v. in een morgen ik nu grifweg tegenwoordig een kop schilder naar ’t model en dat eindelijk mijn kleur degelijker en juister wordt en er meer karakter komt in de techniek.– Nu kan ik me best begrijpen het zeggen van mij – ik heb er geld voor noodig gehad en nog noodig – gecritiseerd wordt.– Doch ’t is niet weg te cijferen voor ’t schildersberoep men evenzeer een bedrijfskapitaal noodig heeft als voor eenvoudig ’t schoenmakersberoep b.v.
 3v:10
Een bedrijfskapitaal dat na een paar jaar een zeer goede rente althans dan, om mee te beginnen, kan afwerpen – b.v. een 20%.
En later kan worden afgelost.–
Zoodat het geld van U, b.v. stel dat op een frs 5000.- desnoods, mijn bedrijfskapitaal is.–
De rente hiervan – als we die tot 20% kunnen brengen door energie van ons beiden – zou een bewijs zijn van de juistheid van Uw inzigten en tevens ook van de mijnen en van ’t goed inzien der zaken.–
Dat resultaat nu – van een 20% rente s’jaars over frs 5000 – wou ik gij meehielpt te krijgen.–
Dit zijn cijfers en zaken en ge moet zien ge Uw vertrouwen en energie terugkrijgt voor de kwestie.–
Om dat resultaat te bereiken moet ik hard werken – maar – mijns inziens – kunt gij van uw kant wel eens doen wat ge vroeger zeidet te zullen doen – mijn partij trekken – niet in ’t neutrale doch in ’t energiek positieve.–
 3v:11
Ik zeg U nog eens uit volle overtuiging, uit een oogpunt van ZAKEN – als handelaar als ge wilt: dat het systeem om slechts zaken te doen dan wanneer men zeker is van reussite, niet het beste is en eigentlijk een uit een mediocre oogpunt de dingen beschouwen.–
Zaken doen, quand même iets doen en zich bewegen om zich te bewegen, hatende de stagnatie en steriliteit, is mijns inziens een meer royalen en ook beter rendeerenden weg.– Dus het eeuwige – geen slag om den arm houden – het niet al te zwaar tillen der dingen – het een zeker zelfvertrouwen hebben – die dingen, ik sprak er vroeger reeds over, en wat enkele latere jaren me wezen, was voorzeker het meer overtuigd worden dat het doorzetten van een gevecht en het zich concentreeren op enkele punten, zich dan echter ook gansch en al wagende, ’t beste is.–
Doch hieraan twijfelen de koelere karakters – de Bourdoncles5 – ik apprecieer echter ook die regt gaarne en ze hebben wel degelijk hun kwaliteiten – doch om iets te drijven, door te zetten, te winnen.... als ’t daar op aan komt vervallen ze in hun weifelen en aarzelen.–
 3r:12
En dan, natuurlijkerwijs, hokt en stopt den gang der zaken.–
Enfin.–
Ziehier nu – ik moet voor mijn vooruitgang, juist omdat het er me mee vlot, 50 koppen schilderen.– Zoo dra mogelijk en achter elkaar.– Ik heb berekend, maar het is niet doenlijk met die kracht te werken die ik er wat moeite en inspanning betreft graag aan spendeeren wil, zonder extra.– Ik heb een overjas noodig gehad – juist omdat ik mijn kleeren ook meer soigneer dan vroeger – en meer dingen, ook de verfrekeningen, nemen veel af van wat ik krijg.– Zoo dat om mijn plan te volvoeren in korten tijd, werkende full speed (in plaats van zuinigheidshalve – en toch, juist dat kan niets bezuinigen – half speed), ik een extra frs 100 moet zien te krijgen.– Ik moet om Tersteeg en Mauve te winnen iets bepaald energieks doen nu, na de zaak geentameerd te hebben.– Is ’t nu persé ondoenlijk ge me dit bezorgd.– Ik moet het ijzer nu smeden, het is heet doch – beste broer en vriend – STOOK ’T VUUR OP. adieu.

b. à t.
Vincent

top