1r:1
Waarde Theo,
Reeds te lang heb ik gewacht met het beantwoorden van Uw laatsten brief – & ge zult zien hoe het kwam.– Laat ik beginnen met te zeggen dat ik U dank voor Uw schrijven en voor ingesloten frs 200.- En dan zal ik U mededeelen dat ik van daag net zoo wat klaar ben met het in orde brengen van een ruim, nieuw atelier dat ik gehuurd heb. Twee kamers – een groote en een kleine – en suite.1 Hierdoor zat ik nog al in de drukte deze laatste 14 dagen. Ik geloof ik er heel wat prettiger zal werken kunnen dan in ’t vertrekje t’huis.– En heb wel hoop gij als ge ’t zien zult den maatregel goed zult keuren dien ik genomen heb.–
Ik heb overigens in den laatsten tijd druk doorgeschilderd aan den grooten Wever2 – waarover ik U laatst sprak – en ook een doek aangezet van het torentje dat ge kent.3
Wat ge over den Salon4 schrijft vind ik zeer belangrijk. Wat ge over Puvis de Chavannes5 zegt doet me heel veel pleizier gij zijn werk zòò ziet, en in ’t apprecieeren van zijn talent ben ik het volkomen met U eens.
 1v:2
En wat de coloristen aangaat – het is met mij après tout zoo als met U – ik kan in een Puvis de Chavannes me verdiepen en toch neemt dat niet weg ik voor het landschap met koeijen van Mauve en de schijen van Israels, het zelfde zou voelen wat gij er voor voelt.–
Wat mijn eigen kleur aangaat, ge zult in mijn werk van hier niet het zilverachtige vinden maar veeleer bruine toonen (Bitume6 b.v. en Bistre)7 – die ik niet twijfel of sommigen zouden me kwalijk nemen. Maar ge zult wel zelf zien als ge komt, wat er van is.– Ik heb zoo druk geschilderd dat in den laatsten tijd ik geen enkele teekening er tusschen door gemaakt heb.–
Van Rappard heb ik berigt dat hij einde van deze week komt, wat me veel pleizier doet.– Ik heb wel idee hij dit jaar nog eens voor iets langer terug zal komen bovendien.–
Hij brengt een aantal teekeningen mee van mij8 die ik U dan direkt zal toe zenden.
Misschien zal – over een tijdje – ik zelf ’t met U eens zijn dat door de verandering van verl. jaar9 mijn positie is verbeterd en die verandering goed was.–
 1v:3
Iets weemoedigs zal het echter mij altijd blijven dat ik toen iets heb moeten opgeven wat ik toen nog wel verder had willen doorvoeren.
Het gaat m.i. met Moe heel goed – zij is gisteren in mijn nieuw atelier geweest in haar wagentje. Het loopen komt bija doch den ouden dag contrarieert aanmerkelijk de vorderingen er in, die nu wel geregeld voortgaan doch evenwel niet zoo spoedig als men wel zou denken ’t geval kon zijn.
Ik heb het in den laatsten tijd hier gezelliger gehad met de menschen hier dan in het begin, wat mij veel waard is want men heeft er zoo bepaald behoefte aan zich eens wat afleiding te kunnen geven, en waar men te zeer eenzaam zich voelt lijdt het werk er altijd door.– Men moet er zich echter misschien op prepareeren die dingen niet altijd blijven.–
Maar ik heb er toch goeden moed in – het komt mij voor dat de menschen te Nunen in ’t algemeen beter zijn dan die te Etten of Helvoirt – er is meer sinceriteit hier – althans dat is mijn impressie nu ik er een tijd ben geweest.  1r:4 De lui gaan wel uit van een dominésstandpunt in hun doen en laten – dat wel – maar zóó dat ik voor mij geen scrupule heb mij daarnaar een beetje te schikken. En het Brabant dat men gedroomd heeft, daar komt de werkelijkheid soms al heel digt bij.
Mijn oorspronkelijk plan van in Brabant me te vestigen – dat in duigen viel – ik moet bekennen dat het mij weer op nieuw sterk aantrekt. Doch wetende hoe zoo iets ineen kan storten, moeten we zien of het al dan niet illusie zou zijn. Enfin voorloopig heb ik genoeg te doen. Ik heb nu weer de ruimte om met model te kunnen werken.
En betreffende hoe lang het duren zal, er is geen peil op te trekken.
Nu gegroet – de salon zal U zeker wel veel te doen geven maar tevens toch ook een interessanten tijd zijn.
Nogmaals dank voor het gezondene dat trouwens door deze verandering mij ook wel noodig was. Ik hoop dat gij er U mee zult kunnen vereenigen als ge ziet hoe ik het heb ingerigt.
à dieu, met een handdruk.

b. à t.
Vincent

Groeten van allen t’huis en zij vragen of ge hun niet eens schrijft. Pa is te Breda geweest, met Tante Bertha ging het goed en ’t verband was er afgenomen.

top