1r:1
1Beste broer,
1*Dank voor Uw brief en ingesloten
2frs 50 die als altijd zeer welkom waren/ zoowel
3eerstgenoemde als laatstgenoemden_
4Wat ge omtrent Uw zieke schrijft vernam ik met
5belangstelling. Ik begrijp ge tweestrijd hebt
6over de kwestie nu of later zekere vraag/ die ik
7hier niet nader defineeren zal/ te doen.1
8En de verandering van omstandigheden die
9haar herstel mede brengt heeft eene meer of
10minder kritieke zijde doordat, hetgeen
11'waarop ge trouwens verdacht zijt (& zelf zegt), er gemoederen
12in opstand zouden kunnen komen – mogelijk althans – laat
12aons hopen van niet.–
13Wat is dat laatste toch eigentlijk erg vreemd. In zich
14zelf ziet men ’t geen men doet als iets eenvoudigs
15& natuurlijks – iets van zelf sprekends – men
16is er min of meer over verwonderd waarom
17anderen de motieven welke iemand tot zoo
18iets dringen ook niet in zichzelven
19terugvinden. En zou haast tot de conclusie
20komen sommmige personen zekere gevoelszenuwen
21in zich gecauteriseerda hebben.– met name
22die welke men gecombineerd het geweten noemt.
23Enfin – ik beklaag dezulken, zij reizen door
24’t leven zonder kompas m.i.–2
25Menschenliefde is iets wat men in elk mensch
26zou meenen te mogen veronderstellen als
27zijnde de basis van zoo ongeveer alles. Maar
28sommigen meenen er betere fondamenten zijn.
29Ik ben er weinig nieuwsgierig naar. Dit oude
30fondament/ beproefd & goed gebleken zijnde zooveel eeuwen lang/ is me
31genoeg. Vind gij dit niet aardig gezegd – ’t komt
32voor in les miserables:

33Si César m’avait donné
34La gloire & la guerre,
35Et qu’il me fallût quitter
36L’amour de ma mère
37Je dirais au grand César
38Reprends ton sceptre & ton char
39J’aime mieux ma mère, o hé,
40J’aime mieux ma mère_3

41In ’t verband waarin dit (een studentenliedje uit den tijd van
42de revolutie van 30) voorkomt/4 staat l’amour de ma mère voor
43'l’amour de la république/ of liever “l’amour de l’humanité”;
44anders gezegd/ doodeenvoudig fraternité universelle.5
 1v:2
45Eene vrouw, hoe goed & nobel zij ook van nature
46zij, indien zij zonder middelen is en door
47haar eigen familie niet beschermd wordt, staat
48m.i. in de tegenwoordige maatschappij in
49groot en onmiddelijk gevaar te verzinken in den maalstroom
50der prostitutie. Wat spreekt meer van zelf dan
51dat men de zoodanige steune.
52En indien ’t niet anders te vinden is
53als ’t geval er toe leidt/ welnu dan – il faut
54y mettre sa peau6 – en trouwen haar.
55Althans men moet dunkt mij zich tot principe
56stellen deze bescherming indien men ze begint/ door te zetten tot definitieve redding en te dekken met eigen
57borst zoo noodig. Zelfs zonder bepaalde liefde?
58Misschien ja – alsdan is ’t een mariage de raison/
59que soit – doch niet in den zin van een
60huwelijk dat men uit eigenbaat aangaat.
61En nu/ Uw speciaal geval onderscheidt zich van
62'meer alledaagsche – zooals ’t mijne b.v. – door
63de eigenaardigheid de persoon in kwestie een bijzonder
64charme heeft en er eene sympathie in gevoelens
65is naar ik meen/ die maken dat ook al hadde
66de ontmoeting onder gansch andere en minder
67dramatische omstandigheden plaats gehad er kwestie
68konde zijn van tweestrijd over die vraag
69in kwestie.
70In ’t bovenstaande vind ge mijn gedachte omtrent
71de kwestie: “hoe ver mag men gaan in het
72zich bemoeien met eene ongelukkige vrouw?”
73antwoord – “tot in ’t oneindige”_7
74Evenwel op den voorgrond stellende dat trouw
75blijven de eerste en voornaamste is van alle liefde/
76zoo herinner ik U aan Uw eigen gezegde
77'dat “het trouwen” (nl. het civiele) “zoo’n raar ding is”_8
78Dit gezegde van U drukt precies uit hoe het is en
79op dat punt verklaar ik niet
80te weten wat beter of slechter is/ er aan te tornen
81of niet. ’t is wat men noemt “puzzling_
82'it puzzles me too – en ik voor mij zou zoo zeer
82awenschen dat men daar niets mee te maken had. Ik vind het wel goed
82bgezegd dat “als men trouwt men niet alleen de vrouw zelf trouwt doch de familie  1v:3
82cbovendien”/9 hetgeen soms iets min of meer fataals en beroerds is als het nare
82dlui zijn.–
83Doch nu over de teekeningen –
84’k heb er weer met drukinkt gemaakt en
85was deze week zoekende om de drukinkt te
86mengen met wit en vond zeb op twee wijzen
87te mengen is daarmee al vast – nl. met
88het wit uit de tubes olieverf – en waarschijnlijk
89nog beter met het gewone zinkwit in poeder dat
90men bij elken drogist zelfs krijgen kan – alsdan
91’t aanlengende met terpentijn die op dit papier
92niet doortrekt en vlekken geeftc op den achterkant als olie – door dat ze zoo snel
93op droogt & weg trekt.10
94De drukinkt werkt veel pittiger dan O.I_ inkt_
95Wat is ’t werk van Jules Dupré toch mooi/ bij
96G&C. voor ’t raam zag ik een kleine marine die
97ge zeker wel kent en die ik haast dagelijks s’avonds
98ben gaan kijken11 – maar ten opzigte van Dupré
99en dergelijke kunst – die te Parijs men zooveel meer
100te zien krijgt dan hier – zijt ge misschien wat
101verwend – en weet niet hoe almagtig mooi het
102hier doet waar men er zoo bitter weinig van ziet.–
103Ben aand ’t lezen van ’t laatste gedeelte van
104les misérables – ’t figuur van Fantine – eene
105'prostituee – maakte diepe impressie op mij12 – o ik weet
106net zoo goed als een ander dat men in de werkelijkheid niet
107precies eene Fantine vinden zal – doch evenwel dit figuur
108'van Hugo – zooals trouwens al zijn figuren – is waar/
109zijnde eene essence van ’t geen men in werkelijkheid ziet.
110’t is de type – waarvan men slechts individus ontmoet.
111Mogt het zijn ge dezer dagen eens een graveur
112tegenkwaamt/ n.l_ een als b.v. Girardet of Eichens
113'die aquatinten maken,13 zoudt ge me veel genoegen doen
114zoo ter loops eens te vragen: Waarmee maakt men
115gewoonlijk de teekeningen die tot leiddraad moeten
116dienen voor de gravure_– Misschien zeggen ze dan: met
117drukinkt_– indien ze deze gebruiken – waarmede
118lengen zij die drukinkt aan – hoe gebruiken ze die?
119’t Komt mij voor dat als ge er den een of anderen graveur
120zoo ter loops eens over spraakt en mij verteldet wat
121hij zegt/ ik alligt in ’t geen hij zegt iets vinden zou  1r:4
122dat in sommige kwesties me licht zou geven/
123ook al was ’t geen direkt antwoord
124op waar de drukinkt mede gemengd wordt zóó dat men
125er op papier op verschillende wijzen mee werken kan.
126'Zeker is er ook nog andere drukinkt dan die welke
127ik nu op ’t oogenblik heb en lost het zich nog nader
128van zelf voor mij op.
129Er komen in de teekeningen effekten door dergelijk
130als in aquatint gravures als men werkt met drukinkt en
130aterpentijn zooals ik nu probeerde.
131Ik heb in der tijd teekeningen gezien b.v. van
132Mottramb/ de Engelsche graveur die de Boughtons
133gegraveerd heeft14 en ik wou ik wist waar die mede
134werkte b.v.
135’t Spreekt van zelf ik met deze informatie geen
136haast heb/ alleen als ge zoo eens iets hoort
137van diverse procedes van teekenen/ deel het mij
138vooral mede.
139De vrouw van Soek en haar moeder15 (indien die nog met haar
140woont) ken ik ook – kwam er in der tijd – ik heb hen nog
141zeer duidelijk in mijn herinnering – en vind het twee
142sympathieke personen – die me denken doen aan mijn
143eigen huisgenooten – zoozeer zelfs dat onwillekeurig ik
144dikwijls aan hen als aan personen van dezelfde familie
145denk. ’t zijn net figuren uit Souvestre b.v. of van
146Ed. Frère. Men ziet er zoo meer te Parijs – trouwens overal_
147Zulke personen doen me altijd aan de vrouwenfiguren
148uit ’t Evangelie denken/ misschien omdat ze soms in expressies
149iets hebben van b.v. de figuren in Delaroche/ Vendredi Saint16 of in Landelle/
150Bienheureux ceux qui pleurent.17 Ik weet wel/ deze zienswijs is niet
151compleet/ er zijn andere aspecten – nog beter dan Delaroche –
152en dieper dan hij – b.v. die van L’Hermitte en Herkomer_– Nu/
153dat vind ik er dus ook in maar ik kan mij toch begrijpen dat
154in de dagen van Souvestre/ Delaroche/ Frère/ Landelle &c_ deze rigting
155populair werd/ ofschoon ze
155abij Millet en anderen vergeleken niet geheel juist en waar zij.
156Leeft ANKER nog_18 ik denk dikwijls aan zijn werk/ ik vind dat
157zoo degelijk en zoo fijn gevoeld. Hij is nog een oude echte
158van de soort van Brion. Kerel wat kan ik soms verlangen
159ge weer eens op ’t atelier zijn zult_– Van harte hoop
160ik gij het geld van H.19 zult terugkrijgen. Bij mij moest er ditmaal
161veel direkt af en ik heb bitter weinig over. Enfin schrijf
162zoo spoedig ge kunt als het tegen den 20sten gaat. adieu/
163met een handdruk_

164*t. à t_
164Vincent


11 (& zelf zegt) < Added later; parentheses added by us.
43 l’humanité »; < l’humanité
62 b.v. – < b.v.
77 trouwen” < trouwen
82 c bovendien”, < bovendien
105 prostituee – < prostituee
108 figuren – < figuren
113 maken, < maken.
126 drukinkt < drukink
top