1r:1
Waarde Theo,
Nu de week om is schrijf ik U maar weer eens. Ik heb geregeld iederen dag model gehad van s’morgens tot s’avonds en het model is goed. Mauve is eens komen kijken & de Heer Tersteeg ook en daar ben ik blij om.
Nu heb ik al dien tijd enkel met waterverf gewerkt en ik krijg daar hoe langer hoe meer pleizier in.
Wat zou ik graag hebben dat gij eens hier waart, ik zou U zooveel te zeggen & te vragen hebben. Zoudt gij in ’t voorjaar weer komen? Weet gij het niet wat vooruit.–
Nu is ’tgeen ik heb gemaakt nog niet goed & nog lang niet maar het is weer iets anders en het is wat sterker en frisscher van kleur & zonder dekverf.
Nu hoop ik dat gij mij spoedig weer eens schrijft & wel bepaaldelijk dat wij probeeren een afspraak te maken omtrent het geld.
Want ofschoon ik met frs. 100 per maand voor me zelf wel zou kunnen rond komen, het is een heel andere kwestie wanneer ik bovendien dagelijks mijn model moet betalen en moet te eten geven &c. &c. En dan de onkosten van verf, van papier &c. Ik heb het U reeds in mijn vorig schrijven gezegd dat het daarvan af hangt of ik full speed of half speed werken kan.  1v:2 En nu ik hier eenmaal zit komen er toch iederen dag allerlei kleine onkosten opdokken die mij het leven niet makkelijk maken.
Nu, ik heb evenwel geregeld doorgezet nu een tijd lang maar ik zit zonder geld nu.
Het is natuurlijk dat wanneer men zich ergens installeert er op allerlei wijs kosten zijn. Maar wat ik er mee win is dat ik gevoel dat ik vooruitga en ik zal het aquarelleeren overwinnen en zelfs zoo heel lang hoeft het niet te duren of mijn werk is verkoopbaar.
De Heer Tersteeg zelf zei daaromtrent iets en als ik op kleiner formaat eens gelukkig ben dan zal hij denk ik wel iets nemen. En die teekening van dat oud vrouwtje waarvan ik U een schets zond heb ik afgemaakt nog verder1 en den een of anderen dag gaat die wel weg.
Geloof mij, ik werk, ik tob, ik blok den heelen dag en met pleizier ook maar nu is het er ook zoo mee dat ik erg gedecourageerd zou worden als ik niet net zoo hard en nog harder kon doorwerken.
 1v:3
Als gij er den Heer Tersteeg over schrijft dan zal hij U graag crediet geven tot een bedrag dat gij zelf stellen kunt en hij zelf kan controleeren als hij wil waar ik het voor gebruik als hij of gij mij niet vertrouwt. Doch ik zou het verschrikkelijk vinden als ik niet kon voortwerken op de zelfde wijs als nu een week of drie. Wat betreft het formaat van teekeningen of de sujetten, graag wil ik dienaangaande letten op t’geen de Hr T. of Mauve zeggen. Ik heb nu dezen tijd eenige groote onder handen genomen, omdat ik coute que coute die drooge manier waarop mijn studies van dezen zomer gedaan zijn moet overwinnen. En nu zei Mauve toch gisteren avond ofschoon hij natuurlijk aanmerkingen had ook, “het begint een aquarel te worden”. Nu als ik dat er maar mee win dan reken ik dat ik noch tijd noch geld verkwist. En nu ik op grooter formaat eens beproefd heb de penseelsbehandeling & de kracht der kleuren eens te probeeren kan ik mij weer eens aan kleinere wagen. Trouwens ik heb er reeds twee kleine op touw maar omdat ik daarmee sukkelde en ze gedeeltelijk weer heb uitgesponsd, heb ik een heele groote onder handen genomen. Waarvan ik U een schetsje stuur.2
Het verwondert me een beetje dat gij mij nog niet weer eens geschreven hebt want gij hebt mij nog maar eens geschreven sedert ik hier ben en dat nog maar terloops.3

 1r:4 [sketch A]
 2r:5
En toch is het erg noodig dat gij mij eens spoedig schrijft. Mauve is weer pas4 hier geweest & ik bij hem ook, hij heeft mij weer een & ander gezegd. En de Hr. Tersteeg is er ook geweest en heeft gesproken van dat ik eens een paar teekeningen in kleiner formaat zou beginnen. Nu, dus ik heb voor de volgende week die morgen begint werk genoeg maar ik vrees geen geld genoeg want al wat ik over heb is f. 2.50 en nog een paar centen. Wat moet ik nu doen. als ik naar Mauve ga of naar den Heer Tersteeg en hun vroeg, ik geloof zij het niet weigeren zouden. Doch Mauve heeft reeds zooveel gedaan en aan den Heer Tersteeg verkoop ik liever een paar kleine teekeningen als ze mij lukken mogten dan dat ik hem geld te leen vraag. Althans tot zoolang er geen bepaalde afspraak is omtrent hetgeen waaraan ik mij te houden heb. Antwoord mij dus spoedig en als gij wilt doe het een of het ander, stuur mij wat om door te gaan of schrijf het een of ander aan den Heer Tersteeg.– Ik voel Theo, dat er een werkkracht in  2v:6 mij zit en ik doe wat ik kan om die los en vrij te maken. Ik heb zorg genoeg met het tobben en scharrelen met mijn teekeningen en als er al te erge zorgen bij kwamen en ik de modellen niet aan kon houden dan zou ik in de war raken. Het is wel erg dat gij er voor op moet dokken doch we staan nu niet meer zoo alleen als b.v. verl. winter. Nu voel ik mij op een beteren weg om tot een resultaat te komen. Ik zal doen wat ik kan, ik zal hard werken en zoodra ik ’t penseel wat in mijn magt heb nog veel harder dan ik nu kan. En als wij nu flink en energiek doorzetten dan is de tijd niet ver af dat gij mij niet meer hoeft te zenden. Nu kerel, blijf gij doen wat ge kunt en ik zal ook doen wat ik kan.– à dieu, ik reken er op dat ge spoedig schrijft, ge hoeft ook niet veel op eens te sturen als ik maar van week op week kan doorgaan. Ontvang een handdruk in gedachten,

t. à t.
Vincent

top