1r:1
Waarde Theo,
Daar er weder een brief naar U toegaat zoo sluit ik een woordje in.1 Van harte hoop ik dat gij het goed maakt & eens een half uurtje zult kunnen vinden om mij weer eens te schrijven.
Ik wil U nu nog zeggen wat ik heb uitgevoerd sedert ik U het laatst geschreven heb.
Vooreerst twee groote teekeningen (krijt & iets of wat sepia) van Knotwilgen, zoo ongeveer als onderstaand schetsje.2

[sketch A]
Verder een dito maar in de hoogte van de Leursche weg.3 Dan heb ik weer een paar keer model gehad, spitter4 en mandemaker.5
En dan heb ik van Oom Cent verl. week een verfdoos gekregen die vrij goed is, zeker goed genoeg om mee te beginnen (de verf is van Paillard).6 En daar ben ik zeer blij mede.

[sketch B]
Nu heb ik dadelijk eens beproefd een soort aquarel te maken als bovenstaand motief.7
 1v:2
Ik reken mij zeer gelukkig model te kunnen krijgen, ik ben ook met een paard & ezel aan ’t scharrelen.8
Vooral voor het teekenen met waterverf is dat bewuste dikke papier Ingres9 zeer goed & heel wat goedkooper dan ander.
Toch heb ik er niet bepaald haast mede want ik heb eenigen voorraad maar helaas effen wit uit den Haag medegebragt.
Enfin ge ziet ik ben druk aan den gang. Oom Cent gaat morgen naar s’Hage en zal alligt nog met Mauve eens spreken over de kwestie wanneer ik weer eens bij hem zou komen.
En nu à dieu, ik heb ver geloopen van daag & ben verbazend moe maar wilde den brief niet laten weggaan zonder iets in te sluiten.10
Heb het goed & ontvang een handdruk in gedachten.

t. à t.
Vincent.

 1v:3 [sketch C]
top