2Gij herinnert U dien avond te Dordrecht toen wij door Dordrecht zamen wandelden,1 om 3de Groote kerk en door allerlei straten en langs de grachten waarin de oude huizen en het licht 4'van de vensters weerkaatste. Gij spraakt toen (of liever het was dien Zondag toen Gij kwaamt) over eene beschrijving van een dag in Londen door 5Theophile Gautier, de koetsen van eene bruiloft voor de deur eener kerk op een dag met mist en 6storm.2 Ik zag het alles voor mij, maar als dat u trof dan zult Gij ook het bijgaande 7wel gevoelen, deze bladzijden las ik op een zeer stormachtigen dag verl. week/ ook met de gedachte 8aan de ziekte der Koningin;3 het was des avonds toen de zon onderging en een rossen gloed 9wierp op de graauwe avondwolken waartegen de masten der schepen en de rei oude huizen 10en boomen afstaken, en alles weerkaatste in het water/ en de lucht een vreemd schijnsel 11wierp op de zwarte aarde/ het groene gras met madelieven en boterbloemen en op de 12struiken witte & paarsche seringen en vlier van den tuin op de werf. Te Londen 13had ik dat boek van Lamartine gelezen en had het mij zeer getroffen en dat deden, 14vooral die laatste bladzijden, mij ook nu weer.
15Schrijf eens wat Gij er van denkt. Die plekken waarover gesproken wordt: Hampton Court 16met zijne lanen van linden vol roekennesten (rookeries)/ White Hall met klimop begroeid 17aan den achterkant en het binnenplein grenzende aan St James’ Park waar men West- 18minster Abbey &c_ ziet, het alles zie ik voor mij, en het weer en den somberen 19toon over het geheel.4 (cela m’empêche de dormir!)
20Zijt Gij naar Etten geweest Zondag, van harte hoop ik het, en dat Gij er een 21goeden dag zult gehad hebben, ik maak dit op uit een zin in den laatsten brief 22uit Etten: “wij wachten Theo waarschijnlijk aanst_ Zondag”. Heden avond moet 23ik naar Oom Stricker. Was gisteren morgen in de vroegpreek,5 hoorde eene 24preek over den tekst “Wilt gij gezond worden”,6 hoe zal wie gezond zijn den medi- 25cijnmeester niet van noode hebben maar die ziek zijn.7 Daarna hoorde 26ik Oom Stricker in den bekende Amstelkerk8 over 2 Kor_ 4:18 b/ Want de dingen 27die men ziet zijn tijdelijk maar de dingen die men niet ziet zijn eeuwig.
28Aan het slot kwam er een gedeelte waarin Hij met veel geestdrift sprak en uitriep “maar 29de Liefde blijft”.9 Hoe wij door God aan elkander zijn verbonden door banden die 30in Gods hand zijn, en in die banden is onze sterkte, en die zijn oud en breken zoo ligt niet.─
31Heb het druk, dus à Dieu, misschien schrijf ik hier dezen avond nog een woordje onder. 32Ontvang in gedachten een handdruk en geloof mij
35Kwam heden voorbij de bloemmarkt op den Singel,10 daar zag ik iets zoo aardigs_ 36Een boer stond daar met eene groote partij potten/ allerlei bloemen en heesters, achteraan stond de klimop en 37'daartusschen in zat zijn meiske, een kindje zooals Maris zou schilderen,11 zoo eenvoudig 38met een zwart mutsje op en een paar zoo levendige en toch zoo vriendelijke oogen, zij zat te breijen/ 39de man recommandeerde zijne waar en als ik het had kunnen doen zou ik er wat graag 40van hebben gekocht en hij zeide zoo en wees onwillekeurig op zijn dochtertje ook: “Ziet het er niet goed 41uit_”
41*5 Junij_ Gisteren avond was ik bij Stricker, Margreet Meyboom met wie Paul12 geengageerd is was er ook, dat is een meisje 42dat zeer doet denken aan Ellen in The wide wide world,13 haar Vader was een zeer knap predikant, een buitengewoon 43man en intiem vriend van Oom Stricker.14 Wij wandelden aan den Buitenkant & daar aan die zandwerken aan de Oosterspoor/ 44kan U niet zeggen hoe schoon het daar was in de schemering_ Rembrandt/ Michel en anderen hebben het wel geschilderd/ 45de grond donker/ de lucht nog verlicht door den gloed van de ondergegane zon/ de rei huizen en torens er boven uit/ de lichten 46overal in de vensters/ alles weerkaatsende in het water_ En de menschen en rijtuigen als kleine zwarte figuurtjes overal_ 47Zooals men dat op een Rembrandt soms ziet_ En het stemde ons zoo dat wij over allerlei begonnen te spreken_
48Zat nog laat te schrijven gisterenavond en hedenmorgen vroeg was het zoo heerlijk mooi weer. Des avonds is het ook 49een schoon gezigt op de werf waar dan alles doodstil is en de lantaarns branden en de sterrenhemel er boven_ 50When all sounds cease ─ God’s voice is heard ─ Under the stars.─15 Schrijft Gij eens spoedig en 51zeg eens of dat niet iets uit het hartje van Londen is/ dat stuk over Cromwell.─
52*Sa famille ne tarda pas à déchoir de sa richesse_ Il se retira dans un petit domaine qu’il posséda[it]
53parmi les marais d’Huntingdon_ La nature indigente/ âpre et morose de cette contrée aquatique, l’horizon monotone/ 54la rivière fangeuse/ le ciel nébuleux/ les arbres grêles/ les chaumières rares, les moeurs rudes des habitants, étaient 55de nature à concentrer et assombrir le caractère du jeune homme_ L’âme des sites semble passer dans 56l’âme des hommes, souvent d’une contrée ingrate et triste sort la foi vive/ ardente et profonde_ Tel lieu tel 57homme_ L’âme est un miroir avant d’être un foyer.─
58Un malheur domestique atteignit Cromwell au coeur à cette période ascendante de sa vie, où l’on s’étonne 59de voir des larmes dans les yeux d’un homme qui avait vu d’un oeil sec l’infortuné Charles Ier arraché 60des bras de ses enfants pour mourir_ Il perdit sa Mère agée de quatre vingt quatorze ans_ C’était cette 61Elisabeth Stuart, fille du sang des rois qu’avait detrônés son fils, femme biblique/ mère d’une nombreuse 62famille, source de leur piété, nourrice de leurs vertus, inspiration vivante de leur passion pour la 63liberté religieuse de leur secte, elle jouissait, dans la plenitude de ses facultés, de la gloire humaine, 64mais surtout de la gloire céleste du plus grand de ses fils, du Machabée de sa foi. Cromwell dans sa 65toute puissance, la cultivait et la vénérait comme la racine de son coeur et de sa destinée.
66La Mère de Mylord protecteur, écrit à cette date de 1654, le secretaire intime de Cromwell, Thurloe/ 67est morte la nuit dernière âgée de près d’un siècle. Un moment avant d’expirer, elle fit appeler son 68'fils auprès de son lit, et, lui donnant de la main sa bénédiction “Que le Seigneur, lui dit ell[e]/ 69fasse constamment briller la splendeur de Sa face sur vous, mon fils! Qu’Il vous soutienne dans 70toutes vos adversités! Qu’Il égale vos forces aux grandes choses que le Très Haut vous a chargé 71d’accomplir pour la gloire de Son Saint nom et pour le salut de Son peuple! Mon cher fils, ajouta-t-elle 72en insistant sur ce nom qui faisait sa gloire au dernier moment, mon cher fils, je 73'laisse mon esprit et mon coeur avec toi! à Dieu, à Dieu!” Et elle retomba, dit Thurloe/ dans 74son dernier assoupissement. Cromwell fondit en larmes comme un homme qui aurait perdu 75une partie de la lumière qui l’eclairait dans ses ténèbres_ Sa mère qui l’aimait comme fils et 76qui le venerait comme élu de Dieu, habitait avec lui le palais des rois de White Hall, mais 77elle y vivait dans un appartement retiré et nu du palais. Ne voulant pas, disait-elle, ap- 78proprier à elle et à ses autres enfants cette splendeur à laquelle le Seigneur condam- 79nait son fils, mais qui n’était que la decoration passagère d’une hôtellerie, à laquelle 80elle ne voulait attacher ni son coeur, ni l’existence future de sa famille. De cruels 81'soucis troublaient ses jours et ses nuits dans ce palais des rois, où elle regrettait s[a] 82'ferme champêtre du pays de Galle[s]_ Cromwell fit à sa mère des funérailles de reine, [té]- 83moignage de piété filiale plutôt que d’ostentation. Elle fut ensevelie au milieu des 84poussières royales ou illustres, sous les parvis de Westminster, ce Saint Denis des dynasties 85et des grandeurs Brittaniques_
86Hampton-Court, magnifique résidence féodale de Henri VIII, était un séjour qui, 87par sa morne et monacale grandeur, devait plaire à Cromwell. Le château flanqué 88de tours larges et surbaissées comme des bastions d’une place forte, est couronné 89de créneaux sans cesse noircis par des volées de corneilles (rooks)_ Il 90est bâti au bord de ces profondes forêts, luxe de la terre cher à la race Saxonne. Les 91chênes séculaires de son vaste parc semblent affecter la majesté d’une végétation 92royale pour s’égaler aux tours gothiques du Chateau. De longues avenues voilées 93d’ombre et de brumes n’y ont pour perspective que de verts gazons traversés en 94silence par des troupeaux de daims apprivoisés_ Des portes étroites, basses, 95cintrées en ogives, semblables à des ouvertures de caverne dans le massif du rocher, 96donnent accès à des souterrains, à des corps de garde/ à des salles voûtées, tapissées 97de faisceaux d’armures antiques. Tout y respire cette souveraineté ombrageuse qui 98fait le vide autour des rois par le respect ou par la terreur. Hampton-Court était 99le séjour de prédilection de Cromwell, mais la douleur l’y retenait en ce moment autant 100que le délassement. Son premier goût, le goût de la nature rurale et des animaux qui 101la vivifient, était le dernier qui mourut en lui_ Le gentilhomme cultivateur se retrouvait 102sous le maître d’empire. La Bible et la vie patriarchale, à laquelle la Bible fait sans 103cesse allusion, s’associaient dans son imagination à ses souvenirs & occupations rurales 104qu’il regrettait jusque dans ses palais_ Il disait souvent: Heureux celui qui vit 105sous le chaume et qui cultive son champ.─ Une fièvre lente et intermittente le saisit à 106Hampton Court. Il en brava les premiers accès sans que personne autour de lui soupçon- 107nat la gravité du mal_ La fièvre devint tierce et plus aiguë; les médecins appelés de Londres 108l’attribuèrent à l’air marécageux des bords mal endigués de la Tamise, à l’extrémité des 109jardins de Hampton-Court. Elle consumait rapidement ses forces.
110On le ramena au palais de White Hall, comme s’il était dans les decrets de la Providence 111de le faire mourir devant la même fenêtre du même palais où l’on avait, par sa volonté/ 112construit dix ans auparavant l’echafaud du roi sa victime. Cromwell ne devait plus se relever 113du lit royal où on le coucha à son retour de Londres_ On a mille fois travesti ou interprété 114ses actes et ses paroles pendant sa longue maladie, au gré des partis qui avaient à se 115venger de sa vie ou à se parer de sa mort. Un document nouveau, authentique et inappréciable/ 116les notes prises à son insu, heure par heure et soupir par soupir, par l’intendant de sa 117chambre, qui le servait jour et nuit, font assister à toutes ses pensées et à toutes ses 118paroles. Les paroles de cette heure suprême sont le secret des pensées. La mort 119démasque tous les visages, et il n’y a pas d’hypocrisie sous la main levée de Dieu.
120Dans les intervalles de ses accès de fièvre il remplissait ses heures par des lectures 121des livres saints et par des retours, tantôt désespérés tantôt résignés sur la mort de 122sa fille. Lisez-moi/ dit-il dans un de ces moments à sa femme/ l’epitre de 123Saint Paul aux habitants de Philippes. Elle lut ces mots: J’ai appris à être 124'satisfait dans quelque tribulation où Dieu me jette, j’ai appris à con- 125naître les deux fortunes, l’excès des abaissements et l’excès des prospérités; je 126sais braver l’une et l’autre avec la force du Dieu Qui me soutient_ La lectrice s’arrêta_ 127Ce verset/ dit Cromwell, m’a sauvé une fois la vie, au moment où la mort de mon premier né/ le 128petit Olivier, m’entra dans le coeur comme un poignard. Ah Saint Paul, continua-t-il, vous 129aviez le droit de parler ainsi, vous vous aviez correspondu à la grâce, mais moi!... 130Puis/ se reprenant d’un ton de confiance réfléchie, après un peu de silence: Mais 131'[ce]lui Qui était le Christ de Saint Paul, dit-il, n’est-il pas aussi le mien.
132On priait pour lui dans les trois royaumes/ les puritains pour leur prophète, les républicains pour leur 133champion/ les patriotes pour le soutien de leur patrie_ Les antichambres retentissaient du mur- 134mure sourd et perpetuel des ministres precheurs, des chapelains/ des inspirés, des amis de sa 135personne et de sa famille, offrant à Dieu leurs gémissements pour racheter la vie de leur saint. 136White Hall ressemblait plus à un sanctuaire qu’à un palais, ce même esprit d’inspiration mystique 137'[qui] l’avait poussé dans cette demeure au commencement éclatait dans sa fin. Il ne s’entre- 138'[ten]ait que de piété/ jamais de politique; tant la pensée du salut l’emportait chez lui sur 139la pensée de prolonger son pouvoir. Il avait désigné son fils Richard pour son successeur 140dans un papier scellé et égaré le jour même où il avait été nommé protecteur. On 141aurait voulu, autour de lui, qu’il renouvelât cet acte; mais il temoignait ou de l’indifference ou 142de la repugnance à le faire_ Enfin/ quand on lui demandait devant témoins s’il n’était 143pas vrai que sa volonté fût que son fils Richard lui succédât: Oui, balbutia-t-il 144avec un signe de tête affirmatif. Et il changea aussitôt d’entretien. Il était évi- 145dent que cet homme, rompu aux vicissitudes des empires et à la versatilité des peuples/ 146attachait peu de valeur aux testaments d’un dictateur et s’en rapportait à la 147Providence du sort de la dictature après lui. Dieu gouvernera par l’instrument 148qu’il Lui conviendra de choisir, disait-il, qui est ce qui m’a donné à moi-- 149même l’autorité sur son peuple. Il croyait avoir deposé ce papier à Hampton Court/ 150on alla l’y chercher, on ne trouva rien, on n’en reparla plus. Richard, qui vivait 151toujours à la campagne dans la maison paternelle de sa femme, arrivà à Londres 152avec ses soeurs et ses beaux frères pour entourer le lit de mort du chef de famille. 153Il ne semblait pas lui-même se faire plus d’illusion que son père sur l’hérédité de son pouvoir. 154Il n’en avait ni le goût, ni l’ambition_ Toute la famille/ laissée par le protecteur 155dans la vie privee et dans la médiocreté de la vie commune, paraissait prête à y 156rentrer avec bonheur comme des acteurs qui sortent de la scène après le drame. 157Ils n’avaient accumulé sur eux ni haine ni envie par leur insolence ou leur orgueil_ Enfants de Sylla 158qui pouvaient impunément se mêler à la foule, la tendresse mutuelle de cette famille et ses 159'larmes étaitent le seul appareil de cette mort autour du lit du protecteur. “Ne pleurez pas ainsi, 160dit-il, une fois à sa femme et à ses enfants qui sanglotaient dans sa chambre, n’aimez 161'[p]as ce vain monde, je vous le dis au bord de ma tombe, n’aimez pas ce monde.” Il y eut 162un moment où il parut ressentir cependant quelque faiblesse pour la vie_ N’y a t-il personne 163ici qui puisse me tirer du danger? On ne répondit rien: Les hommes ne peuvent rien/ 164reprit-il/ Dieu peut ce qu’Il veut! Eh bien, n’y a-t-il personne qui veuille prier avec moi? 165Le silence de ses lèvres était interrompu de temps en temps par des aspirations mystiques 166et par des balbutiements, et l’on entendait l’accent de la prière intérieure_
167Seigneur, Vous m’êtes témoin que, si je désire vivre/ c’est pour glorifier Votre nom et achever Vos oeuvres_ 168Il est terrible, murmura-t-il trois fois de suite, de tomber entre les mains du Dieu vivant!
169Croyez vous, dit-il à son chapelain, que l’homme puisse jamais perdre l’étât de grâce devant Dieu 170une fois qu’il y a été élevé. Non/ répondit le chapelain, l’étât de grâce ne suppose pas la possibilité 171de la rechute. “Eh bien, repliqua Cromwell, je suis content, car je suis sûr d’avoir été en étât de grâce 172parfait à une certaine période de ma vie.” Tous ses problèmes étaient de la vie à venir, aucun de 173la vie présente. Je suis le dernier des hommes, continua-t-il un moment après, mais j’ai 174aimé Dieu, loué Dieu, ou plutôt je suis aimé de Dieu! Il y eût un moment où l’on crut que 175le danger de sa maladie était passé, où il le crut lui-même_ White Hall et ses temples 176retentirent d’actions de grâces. Ce moment fut court, la fièvre redoubla_ Il eut des jours 177et des nuits de tranquille affaiblissement et de vagues délires_ Dans la matinée du 30 aôut 178un des officiers, regardant par la fenêtre, reconnut le capitaine Ludlow, exilé de 179Londres, qui passait sur la place_ Cromwell/ informé de la présence de Ludlow, s’inquiéta 180du motif qui lui donnait l’audace de se montrer dans la capitale et de passer sous ses 181fenêtres_ Il craignit une explosion républicaine calculée pour éclater à son dernier soupir. 182Il envoya son fils Richard chez Ludlow pour sonder l’intention secrète des républicains_ 183Ludlow assura Richard qu’il n’était venu à Londres que pour une affaire privée et qu’il 184ignorait même en y venant la maladie du protecteur. Il promit de repartir le même 185'jour_ C’est ce même Ludlow qui, proscrit peu de temps après la mort de Cromwell comm[e]
186régicide, alla vieillir et mourir impenitent de ce meurtre à Vévay/ sur les bords du lac Lema[n] 187où l’on voit sa tombe.─ Cromwell/ rassuré sur les intentions des republicains, ne s’oc- 188cupa plus que de sanctifier sa fin. L’intendant de sa chambre, qui le veillait, l’en- 189tendit proferer, par versets decousus/ Sa dernière prière à haute voix_ Il nota pour sa 190propre édification, les paroles à mesure qu’elles s’echappaient des lèvres du protec- 191teur mourant et les transmit longtemps après à l’histoire:
192Seigneur, je suis une misérable creature. Mais je suis dans Ta vérité par Ta grâce 193et j’espère comparaître devant Toi pour ce peuple. Tu m’as créé, quoiqu’indigne, 194pour être l’instrument de quelque bien ici-bas et de quelques services à mes frères. 195Beaucoup d’entre eux ont eu de moi une idée trop supérieure de mes forces, d’autres 196vont se réjouir de ma mort. N’importe, o mon Dieu! Continue de les combler de 197Tes secours, donne leur la constance et la rectitude de sens, rends par eux le 198nom du Christ de plus en plus glorieux dans l’univers/ enseigne à ceux qui se 199fiaient trop à Ton instrument à ne placer la confiance qu’en Toi seul! Excuse 200ceux qui sont impatients de fouler aux pieds ce ver de terre! et accorde moi une nuit 201de repos si c’est Ton bon plaisir!
201*Le lendemain/ anniversaire des batailles de 202Dumbar et de Worcester/ ses plus grands triomphes/ le bruit des fanfares militaires 203qui célébraient ces victoires monta jusque dans ses appartements. Je voudrais/ s’écria-t-il/ 204vivre encore assez pour rendre de pareils services à ce peuple mais ma journée est faite_ 205Que Dieu soit toujours avec Ses enfants! Après une dernière nuit d’agonie et d’insom- 206nie, on lui demanda s’il voulait boire ou dormir. Ni boire ni dormir 207maintenant/ repondit-il, mais m’en aller vite à mon Père. Au lever du soleil il 208perdit la voix, mais on le voyait prier encore à voix basse.
209L’ouragan d’équinoxe qui soufflait depuis la veille se changea, à ce mo- 210ment, en une tempête si convulsive qu’elle ressemblait à un tremblement de 211terre. Les voitures qui amenaient à Londres les amis du protecteur, avertis 212'de l’extrémité du péril, ne purent avancer contre le vent et se réfugièrent dans 213les hôtelleries de la route. Les maisons hautes de Londres semblaient 214'osciller comme des navires sur les vagues_ Des toits furent emportés, des 215arbres séculaires d’Hyde Park déracinés et balayés sur le sol, avec toutes 216leurs feuilles, comme des brins d’herbe. Cromwell expira à deux heures 217après midi au milieu de ce bouleversement de la nature_ La tempête l’emporta 218comme elle l’avait apporté_ Le peuple vit un prodige dans cette convulsion ath- 219mospherique avec la dernière convulsion de son prophète.─17